Overpeinzingen

Denken in oplossingen

De dag begint met een rommelbuik. Ze is overduidelijk van slag. Ik wijt het aan de venkelsoep, die ik gisteren uitkoos in het duurzame tuincentrum op de hoek bij het tuinencomplex. Duurzaam vanwege het concept: ‘Oog voor lokaal, circulair en biodivers en zo verantwoord mogelijk’. Allerlei kleine ondernemers uit de regio doen mee. Ook kunstenaars, koffiebranders en ontwerpers, huiskwekerijen, voedseltuinen, pluktuinen en ‘de boer op’. Voor elk wat wils, zowel voor ons als voor hen.

De vermeende boosdoener, groene venkelsoep met Zuurdesembrood en ravigotteboter, was smaakvol. We zaten tussen de groene planten, vlakbij de speelhoek voor de kinderen, maar de grote ruimte was op twee stelletjes na, nagenoeg leeg. Lief kreeg een bieten/pastinaaksoepje omdat er nog maar een kom venkelsoep was. Allemaal goed. Tussen ons in stond de mand met de aanwinst van die dag. Een mooie stevige snoeizaag, een bijpassende steel voor het hoge werk en een goede snoeischaar voor mij, die minder stevig hoefde te zijn dan die van Lief met zijn ongekende krachten. Er zat evengoed tien jaar garantie op.

Terwijl buik heen en weer golft piept de zon door het wolkendek heen en tovert een stuk blauwe lucht te voorschijn. Dat is wat anders dan het wat somberende buitje van daarvoor. Het boek van Dola de jong van de schrijfster Mirjam van Hengel heeft me eindelijk toch te pakken gekregen. Het leert hoe fijn het is als je doel helder is en bij de zekerheid waarmee je er op af stevent helemaal. Met haar assertieve optreden weet ze heel wat wegen vrij te maken voor haar onderneming. Tot daar, waar ik nu ben, is dat Tanger. Ze schuwt daarbij niet om een visum af te dwingen en voor het eerst te gaan vliegen. Iets wat niet direct van een leien dakje blijkt te gaan. Een pronte dame dus.

Nog zo’n dame kwam aan bod in Volle zalen. In Zuid Limburg had Cornald Maas een ontmoeting met Willeke van Ammelrooy. Een voorbeeld voor mij hoe beeldvorming werkt. Naar aanleiding van haar werk als actrice, eerst op het toneel en later in de film, gaf ze een gastles aan jonge filmmakers en daarbij kwam een heel andere Willeke naar voren, dan die ik uit haar vroegere zelf had gefilterd. Het was een leerzaam moment. Alles is niet altijd wat het lijkt te zijn. Dat bleek nu maar weer.

De gedachte aan de soep, door de spartelingen van de stofwisseling, deden me terug denken aan vorig jaar. In Verweggistan stond de Roomse Kervel kniehoog over het hele terrein verspreid. Het lijkt daarbij op fluitenkruid, maar als het afgemaaid is, ruik je anijs en dan weet je zeker wat je voor je hebt. Daar kon ik eveneens soep van trekken, wist ik. Een heel landgoed vol soepplanten. Het bleek heerlijk te zijn, maar over-eten zou tegen-eten zijn geweest. Het verlangen naar de Hof en het land werd er meer nog dan anders door gevoed.

Vanmorgen hadden we een comedy capers in de straat achter het huis. Een mevrouw met een Pak-een-bak achter haar auto wilde achteruit draaien om bij de flat hierachter te komen. Na diverse pogingen, waarbij ze een keer bijna tegen het huis aan de overkant aan zat en een keer een bloemenperk inreed had ze kennelijk genoeg van het scharen van het bakkie. Ze koppelde het los, liep ermee eigenhandig tot voor de andere flat en reed daarna de auto er achteraan. Zo kan het ook. Iets in de trant van ‘Wie niet slim is moet sterk zijn’ in een variatie op het thema. Ze had in ieder geval doorzettingsvermogen en een oog voor het denken in oplossingen.