Overpeinzingen

En dat voelt als een bevrijding

Het was alleen maar duidelijk en eigenlijk te verwachten. Twee rode streepjes lichtten op voordat er twee seconden verstreken waren. Gezellig met z’n tweeën in de lappenmand. Hoe knus wil je het hebben.

Die gewone alledaagse bezigheden. De wasmachine volstoppen, douchen, iets pakken uit de keuken, traplopen, het worden stuk voor stuk bergen die beklommen moeten worden. Was ophangen bijna onoverkomelijk trouwens. Lucht tekort, amechtig hoesten, armen twintig kilo zwaarder en langer bijkomen voor er weer gewoon doorgegaan kan worden met ademhalen. Adem in, adem uit.

Zo, even opzij zetten, deze gedachte, en voort met de achtbaan van alles en nog wat op ons pad. Het is spijtig maar lezen lukt me nog niet best. Het boek van Colson Whitehead; ‘De ondergrondse spoorweg’ is eigenlijk ongelooflijk boeiend, maar vergt ook de juiste aandacht om niets te missen van deze schrijnende geschiedenis. Het wattenhoofd zegt ‘Nu nog even niet’. Het enige wat te doen valt, is berusten.

‘Hebben jullie samen al een serie uitgezocht’, vraagt zoonlief over de app. Nee, haha. Daar moet ik ook niet aan denken trouwens. Er mag veel voorbij trekken, als het maar niet met aandacht gevolgd moet worden. Het gaat om flarden van beelden, muziek, hier en daar een pennetje om te breien. Alles schakelt zich aaneen in een soort van niets. Dat lijf moet eerst op haar plek vallen. Ze zweeft er nu steeds een stukje boven.

In de Zin van deze maand staat een mooie briefwisseling van Herman van Veen en zijn dochter Anne(Ja, dezelfde van dat prachtige gelijknamige lied), waarbij hij haar meeneemt naar zijn jeugd in de Kievitsdwarsstraat en mij met de haren erbij sleept, omdat de Vogelenbuurt deel uitmaakte van ons verleden met haar Adelaarstraat en de molen en jaren later door de automatiek van Boerenboom waar ik doordeweeks na school en op zaterdag de patatten stond te bakken. Hij somt alle buurttantes op en ook de mijne krijgen gestalte. Wij noemden ze vrouw. Vrouw Kraan, vrouw van Wijgerden, vrouw Klarenbeek waren mijn drie vaste adressen voor extra pannenkoeken, brood of snoep. Anne verhaalt van een voetbalvader, trainer van haar team De Cheeseburgers en fanatiek opzweper.

Stef Bos duikt ook in zijn verleden en geeft de klank van het huis waar hij geboren is weer ‘Een akoestisch landschap van tikkende pendules, machtige metalen uuraanslagen van Friese stoelklokken en natuurlijk het sensationele Koekoeksgeluid uit het Zwarte Woud’.

Dat kon ook niet anders met een blad dat deze maand ‘de Tijd’ als thema heeft. De hoofdredacteur verzucht in haar opening hoe hard die tijd kan vliegen. Daar zijn we allen meer dan getuigen van. Maar Stef heeft een waardevolle opmerking daarnaast; ‘Wie in de stroom van de tijd durft te duiken, kan zichzelf in een groter perspectief zien. Wie het heelal onder ogen ziet, kent zijn plek’.

Ik sta op de kant te aarzelen aan de rand van de derde fase. Zal ik duiken of niet. Me overgeven en mee laten voeren naar een wat kalmere bedding om daar rustig in de beslotenheid van de rietkraag af te wachten. Wel nee, kijk we hoeven niet meer op de barricaden, maar initiatieven op alle fronten zijn nog steeds heerlijk om op en top de tijd en daarmee het leven te voelen. Na deze dagen van berusting en even schuilen komen de dagen van actie en ondernemen, kortom, alles wat nodig is om bij de tijd te blijven. Na deze retraite mogen we los. En dat voelt als een bevrijding.

3 gedachten over “En dat voelt als een bevrijding

  1. Beterschap beiden. Op de Nederlandse TV heb ik De Stamhouder gevolgd. Na 8 afleveringen klaar. Ik vond het een goede verfilming van het het boek. Maar misschien te heftig tijdens het ziek zijn.

    Like

  2. Wie het heelal onder ogen ziet kent zijn plek. Zo denk ook ik vaak. Het werkt berustend en geeft ook nieuwe energie.
    Die energie wens ik jullie daar. Het blijft toch een vies beestje.
    Ik stuur je lucht en adem.

    Geliked door 1 persoon

Reacties zijn gesloten.