Overpeinzingen

Winterwanten

Herfst is een kwestie van sluimeren in de mist, een dikke deken trekken over moeder aarde en roepen: Blijf zitten waar je zit en verroer je niet. Ergens waren er nog wat zonnetjes doorgesijpeld in de voorspelde week, maar ook die zijn verdwenen in de neveljas.

Het betekent thuis aan het werk. De gordijnen moeten weer netjes aan de haak, want die zijn er af hier en daar. Dat is geen sinecure omdat de plafonds zo hoog zijn dat ik er met de vier treetjes hoge trap op het bovenste platform nog niet bij kan. Ik heb nog overwogen om het ding op de tafel te hijsen, maar dat vond lief geen goed idee. Daar moet een ladder aan te pas komen en dat is niet geheel mijn stiel. Voorkomen is beter dan genezen.

Dat was in een ander verband ook zo. Gisteren een app van schoondochterlief dat er een naar voorval was geweest. Een ongeluk zit in een klein hoekje. Iedereen was nog gezond, klonk er geruststellend achteraan, maar het blijft de gemoederen bezig houden. In zo’n geval is Verweggistan een brug te ver en wil het moederhart in de buurt zijn. Gelukkig was er hulp genoeg dichtbij en werden er oplossingen te over aangedragen, maar het is toch altijd gedoe, als het dagelijkse gangetje onderbroken wordt door onverwachte gebeurtenissen. Deze kwam wel heel erg uit de lucht vallen, ‘Aus Blaue Hinein’ zeggen de Duitsers en dat klinkt welhaast poëtisch.

Geen rood dit jaar in de tuin maar knalgeel, zowel de blauwe regen als de grootbladige hosta en de fluweelbomen, kennelijk een andere soort dan die uit de volkstuin die alle herfstkleuren van diep rood tot oranje/geel met zich meedraagt. De eerste roodborst is gespot. Ze hipte nieuwsgierig met lief mee, toen hij de druiventakken naar achteren aan het kruien was, nieuwsgierig en gemoedelijk in de heg van takken aan de zijkant van de tuin. Het gras is hoog. Het had eigenlijk nog een keer gemaaid moeten worden, maar de maaimachine heeft het begeven. Ze was al op leeftijd. Er komt een nieuwe, maar wanneer is niet duidelijk.

Gisteren vond ik een goede modus om te kunnen schilderen in de Datsja. De pot met het medium bleef potdicht en door vrij droog te werken met olieverf hou ik het langer uit. Als ik een beetje verdunning nodig heb, dan spoel ik het penseel erin uit en doe het deksel opnieuw dicht. Zo krijgt de lucht geen kans zich te mengen met de nog redelijk ‘frisse’ lucht. Het nieuwe doek is een spannende. Twee kleinkinderen die moeten lijken is een hele uitdaging. vooral als de foto er een is van een spontane omhelzing. Grote broer beschermt zijn jongere zus, zo schattig als de foto is, zo moet de beeltenis worden. Als de spieren verstijven stop ik er mee en wacht er een warme kop thee en een goed gesprek.

De nachten zijn vreemde bijeen gesprokkelde uren slaap met zeeën van gedachten er tussen. Dat ik te weinig doe, lees beweeg, ligt er aan ten grondslag. De juiste modus tussen het bedaarde leven en het andere jagen en jachten ligt nog mijlen ver uit elkaar, maar het gaat er wel komen. Zoeken naar mogelijkheden en anders maar een fysiosessie van mezelf aan huis. Als de tuin niet te nat is, is dat een mooie optie. Daar valt nog heel wat te verhapstukken aan lichamelijke arbeid en die gordijnen dan.

Het klaart al weer wat op. Vriendlief appt net dat bij jullie de laatste bladeren van de bomen afwaaien en zuslief verhaalde over sneeuw in het weekend. De herfst haast zich, maar trekt vast de winterwanten aan.

Een gedachte over “Winterwanten

Reacties zijn gesloten.