Overpeinzingen

Nieuwe impulsen

Hoe bijzonder is het. Gisteren was de verjaardag van broer en kwamen alle broers en zussen, eventueel met partners, bij elkaar om het te vieren. Wie weet keken pa en ma van hun wolk goedkeurend neer op dit elftal nou vooruit, een foto voor het nut van het algemeen en straks voor de telgen erna een mooi aandenken. Als cadeau had ik de boekenkast eens goed bekeken en ontdekte ik een fotoboek van Utrechtse straten en wijken van 1900 tot 2000, een eeuw aan nostalgie. Broer kan steeds minder goed lezen en zo’n plaatjesboek met bekende ijkpunten en weinig tekst zou fijn kunnen zijn. Dankbaar dat mijn verzameling altijd wel een boek heeft voor deze of gene.

Koetjes en kalfjes-gebabbel, grappen en grollen over en weer, toosten op broer. De groeven wat dieper, de koppies wat magerder of juist ronder, de haren witter of nog meer verdwenen, maar allemaal volgens de jongste schoonzus, dezelfde twinkelende blauwe ogen op standje ‘genieten’. Het weer speelde mee en verhoogde de feestvreugde. Zo kon het als een zoete inval worden in de volle kamer, met de keuken en de tuin als uitvalbasis.

Twee uur duurde de bijeenkomst ongeveer en dat was voor broer lang zat, maar hij genoot van het gezelschap, die van onze kant en de vrouwen van mijn schoonzusjes familie. Tussendoor liepen kinderen en kleinkinderen en zelfs een achterkleinkind, al dan niet bekend. Ergens in het leven verlies je de draad van Ariadne uit het oog. Dan gaan de generaties verder zonder dat je er nog weet van hebt.

We worden allemaal een tandje ouder, brokkelen af hier en daar, de geest werkt iets minder soepel, het lijf hapert soms, maar als ogen nog altijd kunnen twinkelen geeft het betekenis aan het leven. Trots mogen we zijn op deze kranige familie.

Geen handen schudden, geen kussen uitdelen, geen omhelzingen in verband met de broosheid van een enkeling, nu corona in opmars was. Zo moeilijk om je in te houden.

Deze laatste week voor de vakantie begint met een bezoekje aan het filmhuis. Pisarro, de grondlegger van het impressionisme, en zijn leven. We gaan met de bus naar het centrum. De vorige parkeermeter, bij ons bezoek aan het theater, rekende 16 euro voor een paar uur. Van dat geld kan je bijna samen nog een keer naar de film. Dus stappen we hier vlakbij huis op en in het centrum uit, iets vroeger, om ook nog een vleugje stad te proeven. Alsof het zo moet zijn regent het weer. Vorige keer dat we samen de bus namen, goot het ook. Straks zitten we in het bescheiden zaaltje van ‘de Slachtstraat’ binnen.

Lief leest Babel, verzamelde verhalen van Russische auteurs, van begin 1800 tot 1940. Een verhaal per dag is meer dan genoeg, want het zijn geen vrolijke verhalen. Het gaat over machtsvertoon en geeft met name de armoede en het grote verschil tussen volk en hof, weer. Gedoseerd tot je nemen, is de boodschap.

Gisteren had ik geen puf meer om Chansons te kijken, zelfs de tekening schoot er bij in. Een inhaaldag is op z’n plaats. Maar eerst de film voor de broodnodige inspiratie en nieuwe impulsen.