Als eenmaal, naar de eigen bescheiden mening, een ideale combinatie aan kleur in het hoofd zit, wordt het lastiger zoeken. Eigenlijk zijn er meerdere composities mogelijk, maar door die ultieme gedachte werd de rest weggevaagd en ook wel omdat er vooral veel met blauw werd gecombineerd of het verkeerde groen.
Kleden te kust en te keur. Ontelbare rissen zijn door onze vingers gegaan. Bekijken, kleuren schatten, aarzelen, terugschuiven, nog eens bekijken. We waren nog een beetje beduusd door het feit dat ons oude vloerkleed geweigerd werd bij twee kringlopen zodat er niets anders op zat dan het hoogpolige verleden de bouw en afvalcontainer in te duwen. Hier lagen of hingen dezelfde hoogpolers weer, tegen een behoorlijke prijs. Het oude betaalde in ieder geval de prijs van de (betrekkelijke)welvaart. Mijn oude kringloophart huilt. Er was nog iets vreemds. Ik moest mijn legitimatie laten zien bij de ingang van de gemeentewerf. ‘Steekcontrole’ zei de oude baas, die ik eigenlijk al kende uit de tijd dat ik bij de kringloop ernaast werkte. ‘Zei hij dat op voorhand of omdat hij dacht dat er een lijk in het kleed verstopt zat of iets dergelijks’ grapten we naar elkaar. En toch voelde het een beetje zuur, zo’n ervaring. Alsof we niet te vertrouwen waren op onze respectievelijke blauwe en bruine ogen.
Bij één winkel hadden ze het goede kleed, zag ik op mijn telefoon. Spoorslag naar het winkelcentrum in de buurt, waar we een goede tuinvriend, de meest sociale jongen die ik ooit ontmoette, tegen het lijf liep in zijn witte Boernoes en met zijn gebedskralen in de hand. Om zijn mond krulde een stralende lach. We omhelsden elkaar. Sinds kort was zijn moeder over. Voor haar had de tijd in zijn oude land stil gestaan. ‘Ze denkt nog steeds dat ik dat kleine jongetje ben die ooit onder haar vleugels woonde’, vertelde hij berustend en zette de spitsroeden uiteen die noodzakelijk waren om heftige botsingen te vermijden. Het grote dilemma van de twee-culturen-problematiek kwam daarbij in alle heftigheid om de hoek kijken. Hij was al geruime tijd hier en als jong ouderloos kind hier gekomen. Zijn opvoeding was langs de wegen van de ervaring gelopen. Daar had hij zijn wijsheden opgedaan en later vooral ook door zijn opleiding. Zijn moeder stond daar ver vanaf. Even trok er een schaduw over zijn gezicht om direct weer te verdwijnen in die gulle lach. Hij wenste ons sterkte met zoeken en schoot de Turkse groentewinkel in.
Kort daarvoor hadden we wel de heilige Antonius aangeroepen om te helpen bij het vinden van een kleed. Maar hij had er vandaag geen zin in. Bij de winkel die we op het oog hadden, lag weliswaar het kleed in de kleur, maar veel te klein en veel te dun. Dat was genoeg voor vandaag. Moe maar gelukkig besloten we de volgende dag eraan vast te knopen om verder te zoeken. Bijzettafels hadden we al op het oog. Een fauteuil eventueel ook, afhankelijk van kleur van het kleed dat het uiteindelijk zou worden.

Bij de supermarkt haalde ik vast de ingrediënten in huis voor de Imam Bayildi. Op de fruitschaal liggen nu de auberginen, de paprika’s en de pepers hoog opgestapeld. Een lust voor het oog. Pluis had de bank willen confisqueren, maar snel haalde ik haar eigen krabpaal met kussentje erbij, daar zat ze hoog en droog, prinsessen-heerlijk, en keek minzaam toe hoe wij ons de bank hadden eigen gemaakt. Af en toe kneep ze de ogen dicht, alsof ze, bij hoge uitzondering, er haar goedkeuring aan gaf. Het moet niet gekker worden.
P
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.