Het was een stralende dag. De juiste omlijsting voor een bezoek aan het Singer Laren museum met haar prachtige Oudolf-tuin. Het museum had er in de loop der jaren een vleugel bijgekregen, maar de parkeerplaats was helaas nog steeds niet meegegroeid. We hadden er eigenlijk wat extra tijd voor uit moeten trekken. Het geluk zij met de domme want toen we voor de tweede keer het terrein opdraaiden, na een vergeefse poging in de periferie, ging er net een mevrouw weg. We hadden geduldig achter haar staan wachten en gaven haar de ruimte weg te rijden toen een grote zwarte Suf in de vrijgekomen plek wilde schieten. De kleine blauwe prins was hem te snel af. Meneer draaide zijn raampje open. Beleefd maakte ik hem fijntjes op onze lange wachttijd attent. Gelukkig haalde hij met wat gesputter toch bakzeil.
Als je een tijdslot had gereserveerd mocht je doorlopen om de museumkaart en de tickets aan de ingang van de zaal te laten scannen. Dat was maar goed ook, want de rij voor de kassa was groot. Er waren meer mensen op het idee gekomen.
De geschiedenis van de vrouw had me altijd al verwonderd vanaf de allereerste keer dat ik had gehoord over de suffragettes en Aletta Jacobs aan het begin van de vorige eeuw. Uit de biografie over Jeanne Bieruma Oosting was me onverwijld duidelijk geworden hoezeer vrouwen voor elke centimeter vrijheid hebben moeten vechten. Het feit dat ze niet behoorden te fietsen, hun baan op moesten geven als ze gingen trouwen en pas een academische studie konden volgen aan het eind van de negentiende eeuw en dan alleen nog maar de gegoede burgerij. De doorsnee studiebol moest veel langer wachten. Verbazingwekkend eigenlijk dat wij dames zich al die tijd zo lieten ringeloren.

Indrukwekkend waren de houtskoolportretten op een rij van de eerste vrouwelijke Surinaamse verpleegkundigen, die grafisch sterk naar voren kwamen op een achtergrond van zwarten en witten als de toetsen van een piano. Lief en ik kwamen ogen tekort. We bedachten dat het schilderij een andere dimensie kreeg als je het bezag vanuit de juiste tijdsduiding. Een vrouw op een fiets is allang geen bijzonderheid meer, maar in 1910 was dat andere koek. Vrouwen in sarong en kebaja zonder korset was ook zo’n gotspe in die dagen. Van de schrijfster Carry van Bruggen weet ik dat ze een van de eersten was in Nederlands-Indie die haar korset aan de wilgen hing omdat het een onhandig keurslijf was in die tropenhitte.
Ze waren er allemaal. Isaak Israel, Breitner, van der Leck, Lou Loeber, Besnyo, Dumas, Rodin, Iris Kensmil, Leo Gestel, Jan Sluyters, Jan en Charley Toorop en nog veel meer. Het was meer dan de moeite waard en niet in de laatste plaats door de geschiedenis er omheen en de inspiratie die het opleverde. Bij mij kwamen de houtskoolkriebels en de pastels spontaan omhoog bij het zien van al dat moois.

De Nardinc-collectie in vogelvlucht was het toetje en daarna komn er even niets meer bij. Op het terras was het geluk evenzeer met ons, want een stel zat te wachten tot ze konden betalen en we konden hun tafel overnemen. Op de eerste rang met uitzicht over de prachtig aangelegde Pieter Oudolf-tuin met de zon op onze wangen raakten we niet uitgepraat. Is er vrouwen-en-mannenkunst? Onzin vonden wij. Er is kunst, een uiting van gevoel, van de beleving, van het innerlijke zelf, los van sekse. Zelfs de termen mooi en lelijk gaan niet op. Op school leerde ik de kinderen kijken naar de tekeningen van elkaar, waarbij ze moesten omschrijven wat ze er van vonden zonder de termen mooi en lelijk te gebruiken. Dat leverde prachtige momenten op. Ware schoonheid is waar beleving en gevoel samen komen.
Daarna wandelden we door de prachtige tuin en genoten van de samenstelling ervan. Zoveel in bloei nog, met hier en daar de eerste tekenen van de invallende herfst. Een dag van schoonheid, ten volle uit.
Ik ga gauw weer een uitje met mezelf plannen! Dank voor deze inspiratie Berna ❤
LikeGeliked door 1 persoon
Ha Emmy, ik vond ook nog een interessant werkje van Jan Toorop en moest daarbij heel erg aan jou denken. Ik stuur een afbeelding naar je. ❤️❤️❤️
LikeLike