Overpeinzingen

‘Voor altijd jong‘

Gistermorgen tegen koffietijd werd er gebeld. ‘Het beloofde boek’ was de eerste gedachte. Lief stond de beste bezorger te woord. Ik zat in de henna met een tulband om het hoofd, geloof me, daar wil je geen getuige van zijn.

Hij kwam binnen met een enorme doos, waar normaal een ballon met helium in huist. Maar deze was zwaarder, zag ik al aan de manier van lopen. Een allerliefst kaartje bovenop van vriendinlief, die alvast de verjaardag op spectaculaire wijze inluidde, want uit de doos kwam een enorme bos zonnebloemen en een prachtige glazen vaas. Het werd allemaal vereeuwigd. Wat een verrassing.

Tijd voor de tuin. Dochterlief zou wat meenemen voor de lunch en wij hadden gisteren wat babaganoush en brie, alcoholvrij bier en crackers gekocht. In die lange periode dat we weg waren, had alles aan groen en bloemen zich redelijk staande gehouden, grassen en brandnetels incluis. Dat betekende dat er werk aan de winkel was, maar vandaag niet. Deze week was het feest. De Oost-Indische kers tierde welig, evenals de geranium, de dahlia, de winde en nog wat verdwaalde floxen.

Heerlijk om dochterlief en kleindochter in de armen te kunnen sluiten. Een voordeel van ver weg geweest zijn, is dat weerzien zo liefdevol en heerlijk voelt. Dochter had de kussentjes al gepakt, kleedjes op tafel gelegd en een sfeer gemaakt. Alles smaakt beter buiten. Broodjes, notenbrood, kaas, avocado, salade, en onze smeerseltjes. driedubbeldik beleggen maakte het extra feestelijk. Kleindochter wilde schilderen. Ze had het heel zacht in het oor van haar moeder gefluisterd. Een paneel en de verf was zo gepakt, een extra groot penseel erbij, want alles verft beter met grote-mensen-kwasten. Met overtuiging ging ze aan de slag. Ze bestelde de kleur en dochter zorgde ervoor dat het aan de kwast kwam. Zuivere kunst op de graad, recht vanuit het hart geschilderd. Alleen al die trotse blik van haar, iedere keer als ze ernaar keek, was goud waard. Op tijd vertrokken ze om de kleine filosoof op te halen en wij zouden het schilderij, dat lag te drogen in de zon, nabrengen. Daar moesten we wel de halve stad voor door, door allerlei omleggingen.

Dochterlief had onderweg een oude gereedschapsdoos voor schroeven en dergelijke gevonden. De kleine/grote filosoof had daar een goede bestemming voor. Hij wilde alle loom-elastiekjes op kleur sorteren en in de diverse vakjes doen. Dat ging gepaard met een nauwgezetheid en een concentratie waar menigeen jaloers op kon zijn. Zijn vraag of we mee wilden gaan naar de voetbaltraining aan het eind van de middag liet ik onbeantwoord, maar toen ik hem vroeg of hij het leuk zou vinden als ik een keer bij een voetbalwedstrijd kwam kijken, zei hij vanuit de grond van zijn hart; ‘Superleuk’.

Ze aten vega shoarma en wij beloofden dat thuis ook te eten, dan konden we aan elkaar denken. Tijdens de boodschappen draalde lief. Hij wilde naar een bloemenwinkel met mij. ‘Verras me’, was het antwoord van mijn kant. Ik hou daar zo van. Hij kreeg de sleutels mee van de kleine blauwe en terwijl ik de boodschappen haalde, voerde hij zijn plan uit. Natuurlijk had ik ingefluisterd dat ik heel veel van pluk-en-veldboeketten hield.

Nadat alle boodschappen naar huis waren gesleept, kwam hij binnen met een plukboeket in prachtige paarse, roze en blauwtinten met een bijpassende vaas. Mijn lievelingskleuren. Liefde in bloemen. Zuslief belde alvast even en mijn ene schone dochter ook, die zich vergiste in de datum. Ze dacht dat het al de eerste was. Nee, maar jarig voelde ik me zeker al. Nog een nacht slapen en dan, in variatie op een thema, ‘Voor altijd jong’.