Met de regenbestendige gevoerde laarzen van zoonlief en schoondochter durfden we een eventueel modderpad op de tuin naast de sloot te trotseren. Maar eerst naar het eerder al bekeken tuincentrum, waar we een mooi formaat regenton wisten. Het doel van onze missie. Eindelijk na twaalf jaar tuinen was het zover. Een droom werd bewaarheid.
Het grote dubben bij schoffel en hark, dure kwaliteit of goedkope aanschaf, werd omgezet in gezond verstand. Beter een keer iets meer uitgeven dat een lang leven beschoren was, dan iets wat bij de eerste de beste tegenslag zou kromtrekken, ombuigen, de tanden stuk zou bijten.
De regen kwam met bakken uit de hemel, maar wij waren waterbestendig dankzij de uitleen van de kinderen. Er waren nog best een aantal mensen bezig in hun tuin, af te lezen aan het aantal auto’s op de parkeerplaats. Moeder Hoen zat dapper en plichtsgetrouw op haar nest, midden in de sloot en liet de druppels gestaag op haar koppie uiteen vallen. Lief droeg de regenton en het deksel, ik de bijpassende voet en de cadeau gekregen Dahlia van enkele dagen terug.

De tuin lag er dapper bij, alles was goed aangeslagen en moest nog wel aarden bij het wortelen. Als we het zo bij konden houden, dan was het volgend jaar een oase aan bloei. De drie stuks Borage had trossen bloemen in hun kruinen. dat beloofde veel. Het was te nat om de ton echt aan te sluiten, want daar kwam wat meetwerk aan te pas, maar ze kon al wel op haar plekje, achter het atelier. De takken van de aangewaaide vlier moesten er deels voor weggezaagd, iets wat deze lieve oude taaie heksenboom wel zou overleven.
De dahlia mocht nog even in de grote pot, tot ik hopelijk van de week nog, de grassen uit het achterbed kon verwijderen. Nu druilde het aan een stuk door en vielen de lange natte slierten over alles heen. De floxen waren toch sterk er tussendoor opgekomen ondanks de hindernissen. Dat beloofde een zee aan bloei.
We gaven elkaar een high five. ‘Ajeto’, dat was gelukt. Dankzij het doorzettingsvermogen van lief om weer en wind te trotseren en gehoor te geven aan het oproepje in het kleine dagboek van jaren geleden waarin geschreven stond op 25 mei 2010: ‘Nu nog de regenton en het terras. En de goot aan een kant.’ Gisteren eindelijk pas uitgevoerd. Alles op een eigen tijd. Het kiest zichzelf. In dit specifieke geval had het wat eerder gekund haha, maar vooralsnog ben ik nu de koningin te rijk.
Het boek van Pieter Waterdrinker ‘ Biecht aan mijn Vrouw’ is boeiend. Vooral omdat het zich afspeelt in een tijdsbestek dat we allemaal net achter ons hebben liggen. De eerste periode van de aanwezigheid van het corona-virus en de angst en paniek die dat ter berde bracht. Hij heeft een heerlijke schrijfstijl. Soms breedsprakig maar beeldend. Op het naturalistische af, dat waar ik zo van hou. Niet voor niets zijn de negentigers zo goed vertegenwoordigd in de boekenkast.
Op de achterkant van het boek staat: Het lichaam verandert, de geest nooit’. Het verwijst naar het ouder worden, waarbij we in eerste instantie vast houden aan de souplesse van onze jeugd en nog weigeren te aanvaarden dat het lijf op alle mogelijke manieren de tand des tijds fluistert, waarschuwt, achtzaamheid wil betrachten. Alles wordt in eerste instantie in de wind geslagen is mijn eigen ervaring.
Kleindochter van vier en ik zitten op een bankje in de zon. De armen zijn ontbloot. Het is broeierig warm. Ze strijkt over mijn onderarmen en polsen en struikelt in haar hoofd over het gerimpelde vel. ‘Wat is dat dan, Oma‘. ‘Dat zijn rimpels lieverd’. ‘ Waarom’? ‘Omdat het velletje ouder wordt’. ‘Maar ik vind het niet mooi’. ‘Ach lieverdje, het gebeurt gewoon’. Ze glimlacht lief naar me met een schuin koppie en rent naar de glijbaan. Mooi of lelijk is ‘nicht im frage’ voor ouderdomshuid. Het is en dus bestaat.
Het lichamelijke brein veroudert vlot mee, maar de geestelijke werking ervan blijft even jong. Heerlijk, maar soms toch ook confronterend.
LikeGeliked door 1 persoon
Vooral bi het ondernemen van allerlei actie 😉😘
LikeLike