Uncategorized

De volgende dag

Met een been in wat ooit was en het andere in wat nog komen gaat, banen we ons een weg door alle herinneringen heen. Zo verschrikkelijk veel overtuigend bewijs van de voorbije tijd is te vinden in de afbeeldingen. Bij iedere foto proef ik onmiddellijk de sfeer, de geur, de onzichtbare werkelijkheid er omheen. Het wie, wanneer, waar en hoe stijgt bij elke foto op om moeiteloos gescreend te worden. Wat moeten we ermee.

Mijn schoolverleden, de kinderen, mijn werk in de kringloop, alle vakanties trekken voorbij. Frankrijk, Italië, Portugal, Washington, New York, Bulgarije, Hongarije. Mijn jeugdboeken zijn nog boven, omdat zoonlief vooral de gedeelde tijd met zijn vader zoekt. Zijn eigen jeugd, zijn eigen gedeelde leven. Er worden verhalen uitgewisseld, anekdotes verteld, sommige foto’s krijgen meerwaarde, andere minder. Er wordt gelachen om wat destijds hoog modisch was en nu hopeloos ouderwets, maar overal spreekt liefde uit, een warme band, een hecht gezin. Bijzonder, bedenk ik, en praktisch gezien, bij al die foto’s hield mijn hand de camera vast.

Niet bij een mapje, waar afbeeldingen te zien zijn van het ouderlijk huis van zijn vader, het kind met het ravenzwarte haar en de grote voortanden, de fonkelende kooloogjes, zijn moeder en vader, de broers en zussen in zwijgend zwart/wit of sepia. Documenten van een tijdspanne, die ik moeiteloos kan opdiepen, maar voor de anderen een gissen en een puzzel wordt. Kijk, oma zonder rimpels, opa met een strenge blik en opoe, de oma van zijn vader met het ronde gezicht. De kerk, het oude huis, een John Lennon look-alike (de oudste broer van zijn vader). De locatie is ook aan inspectie onderhevig.

Het is net als met mijn bewaarwoede, er worden dingen tussenuit geplukt, soms foto’s van foto’s genomen om te digitaliseren voor de anderen en veel blijft gewoon op hun oude plek. De babyfoto’s gaan mee en nog wat speldenprikken uit een tijdperk, zodat voor hemzelf een duidelijk beeld ontstaat. We missen nog wat foto’s die vast in de laatste bak zitten, maar verstijfd en vermoeid zijn we en breien een eind aan de sessie. Als de jongste zoon met vriendin erbij komt, bekijkt hij zijn jeugdboek. De enige die ik direct na de geboorte heb bijgehouden. De anderen hebben een fotoboek of anderszins ooit meegekregen, geschoeid op mijn herinneringen.

Hoe waardevol de verhalen zijn, hoe verhelderend soms, hoe wenselijk ook. Ik had Japanse Ramen gepland, maar ze moeten de kleine ophalen. Als ze met een tas vol naar huis zijn en de jongste met mijn schone dochter naar zijn kamers verdwijnt, peuzel ik een ouderwets in elkaar geflanste aardappelsalade op met ei, augurk en knoflookmayonaise passend in het tijdsgewricht waar het hoofd in verkeerd. Laat de tracks van Zjef de ruimte innemen. De warme stem in mijmering verzonken. Verlangen, hunkering, berouw en spijt, liefde en vertrouwen worden moeiteloos door de kleinkunstenaar ingevuld. Ik dein mee en verlang eveneens naar een deel van de geestelijke rust ondanks de kinder-hectiek uit die dagen.

Ik mijmer over het verhaal van opa Sterretje, dat ik vorig jaar schreef en bedenk hoe het bewaarheid is, als zoonlief appt dat de kleine een ballon heeft opgelaten voor haar onzichtbare opa, die echt heeft bestaan. André Hazes sleept in gedachten voorbij. ‘Ik schrijf hier een brief aan mijn moeder, die hoog in de hemel is’. Het ontlokt een glimlach. Er mag nu wel een gros aan brieven achteraan gestuurd worden, zo druk is het er nu. Ik hoop dat ze allemaal kunnen duizelen als opa Sterretje en in de dromen van de kinderen en alle acht kleinkinderen met regelmaat nieuwe levenservaringen door zullen laten sijpelen. Mondjesmaat, behapbaar om bij dageraad iets te herkennen van wat ‘s nachts ingefluisterd is.

De ramen bewaar ik voor de volgende dag.

5 gedachten over “De volgende dag

Reacties zijn gesloten.