De nacht was gedeeltelijk voor een jeugdboek, waar niet van los te komen bleek. Om vermoeide ogen de kans te geven tot rust te komen, sluimerde de wereld van twee jonge meiden door en tekende zich beeld voor beeld levendig af achter de schellen. Het houten bootje op het strand, het meisje met haar kleurrijke kleding en het rode haar, dat probeerde niet op te vallen en de doorschijnende dunne in het zwart gehulde gestalte met flaphoed, die eigenlijk wilde schitteren.
Het was alsof de schrijver zijn eigen wereld schetste in deze symboliek. Een bakker en auteur. Een film waarin de bakker na een lange dag zijn laptop pakte en zijn gedachten ordende, een aangrijpend beeld van woorden die hun eigen zinnigheid kozen en buiten elke vermoeidheid om, zich lieten gelden, schoot voorbij. Daar onderging hij de metamorfose van bakker naar schrijver. De slaap overmande bij deze mooie vredige gedachte. Het schrijven zal altijd zegevieren, getuige het boek, dat ik zojuist had gesloten.
Zoals te verwachten werd ik later wakker dan gebruikelijk en herinnerde me een documentaire die ik gisterenavond gemist had. Het ging over Ben-Ali-Libi de goochelaar, de artiestennaam van Michel Velleman. Geroerd door het fragment uit zomergasten de afgelopen zondag, waarbij ik, niet voor het eerst, Joost Prinsen vol zag schieten bij de laatste regels van een gedicht van Willem Wilmink over deze Joodse man, keek ik vanochtend de hele documentaire terug.
Hij werd in 1943 afgevoerd naar het vernietigingskamp in Sobibor. In volle hevigheid werd de realiteit uit die jaren uit de doeken gedaan, met getuigenverklaringen, van een enkele overlevende, de verhalen van een kleinkind, dochter van de zoon van de goochelaar, van een vrouw die nog met regelmaat bij hen thuiskwam voor de oorlog. Het gedicht slaat met de voorlaatste slotregel de spijker op z’n kop. ‘En altijd als ik een schreeuwer zie/met een alternatief voor de democratie/denk ik: Jouw paradijs hoeveel ruimte is daar/voor Ben-Ali-Libi de goochelaar“
https://www.npostart.nl/VPWON_1233145
Hebben we echt van de geschiedenis geleerd. Ruimte geven aan iemand die ontheemd is, anders, of niet passend in ons plaatje. Ruimte maken is inschikken en delen, is omarmen, is meeleven en weten dat in dezelfde omstandigheden, ook jij geholpen zou willen worden. Bewust zijn van onze enorme welvaart begint in het eigen hoofd. Er is genoeg. Dat dus, er is genoeg, echt waar.
Wat maakt een gebroken pols uit bij het zien van de radeloze angst en de gebroken levens op het vliegveld van Kabul, de kapotgeschoten steden in Syrië, het ontwrichte leven in de kampen van Griekenland en Turkije, de daklozen van Evia door een alles verwoestende brand. Waar klagen we over. Wat betekent een lek in het dak bij het zien van een huis, dat in een mum van tijd als ruïne achterblijft. Eenzame muren waar de wind vrij spel heeft en gierend wat over is aan lappen en doeken laat spoken rondom. Het hakt erin en maakt veel los. Ruimte maken in de ruimste zin van het woord tornt ook de onmacht los, de druppel op de gloeiende plaat versus alle beetjes helpen.
De hele docu licht een glimp op van de jeugd van de vader van Michel Velleman rond 1820 en de armoede in de sloppen van Amsterdam, met fragmentarisch filmmateriaal. Ook iets waarvan ik geen weet had. Het is zeer de moeite waard. Een mens is nooit te oud om te leren, dat blijkt maar weer. Zelfs al telt je rugzak bagage van jaren.
Wat zouden we graag veel willen doen…de onmacht die ook ik voel bij het lezen van je stukje en het zien en horen van berichten uit Kabul en zoveel meer ❤️
LikeLike
Ik vind het gruwelijk wat er allemaal gebeurt. Het maakt me intens verdrietig. Ik focus me maar op het kleine. 😢
LikeLike