Gisteren stond ik in de druilerige regen tegen een lantaarnpaal geleund om te wachten tot de deur van de school open zou gaan om de kinderen los te laten. Pas bij een derde lichting kwam een bedremmeld jongetje naar buiten, kleinzoon drie. Hij wilde naar de rozentuin. Dat was nieuw. ‘Had je een fijne dag’, vroeg ik. Maar de nevel bleef neerdalen. Rozentuingemompel en sippigheid. Het prieel was in het naastgelegen park. Dus liepen we met alle-omatijd-van-de-wereld naar de rozentuin. Die oogde wat droef, omdat het blad zwaar was van de hele dag druppels, maar ik prees de nog bloeiende geraniums de hemel in en de prachtig verkleurde bolhortensia’s, liet hem het verschil zien tussen het blad van de blauwe regen en de clematis, terwijl het schuine hoofd luisterde en de ogen weer wat begonnen te klaren.

De hamvraag bewaarde ik voor het laatst. ‘Wil je naar het Pietenhuis? Grote ogen. Ik haastte me te zeggen dat er waarschijnlijk niemand te zien zou zijn, maar dan wist hij wel waar Sinterklaas logeerde. Met een klik schoof de gordel vast, hij was er klaar voor. Op naar Paleis Soestdijk. Aan de overkant van de drukke Amsterdamse straatweg was wel een parkeerhaven. Twee oversteekplaatsen waren we af van wat voor de meeste kinderen op dit ogenblik het hoogste goed was. Een handvol van het grut stond, gemiddeld veelal met opa’s of oma’s, voor het hek tussen de scherpe spijlen en keken, smachtten, verlangden naar een glimp van de goedheiligman of een van zijn hulpen, maar alleen een tuinman harkte het grint.

Ik liet hem zwaaien naar iets waar ik een verdwaalde Piet in zag, maar zijn heldere ogen hadden allang gezien dat het een grote siervaas was met een dorre plant erin. Misschien toch weer eens tijd voor een nieuwe bril, registreerde mijn hoofd. Ik wenste in stilte voor al die kinderen, die bleven turen, dat ze een bordpapieren exemplaar van Sint of Piet voor de ramen hadden gezet, net echt, maar zoveel fantasie straalde het paleis niet uit. Er waren alleen de opgehangen tekeningen in de rechtervleugel en de rode brievenbus, waar ze in gedaan konden worden direct achter de spijlen van het hek en de rode Sintvlag, zonder de bijpassende wind om fier te wapperen. ‘Er was er eens een brievenbus, die op een pleintje stond, het was een rode brievenbus, hij had een open mond’ zong ik de grote klassieker van Annie M.G.en het klopte helemaal. Hij zou voorgoed weten wat met de mond van een brievenbus bedoeld werd.

Op de terugweg, wat gehaast om binnen de groen verlichte poppetjes de overkant te bereiken, leek het me een goed idee om op zoek te gaan naar pepernoten. De ogen lichtten op. Goed plan. Het ‘kabouter’dorp Lage Vuursche was het dichtst bij en paste in het kader. Pannenkoekenhuizen, restaurants, een boswinkel, en veel kabouters later vonden we een vogelhuis voor papa en mama, een eekhoornpen voor hem en allesbehalve pepernoten. Goed idee, vond de juffrouw die achter de kleine toonbank hoorde. ‘Dat zal ik eens voorstellen aan de baas’. Ze grabbelde in een glazen stolp met zoete karamellen en gaf hem er een. ‘Vooruit voor mama ook een’. Tjonge, zaten mijn rimpels goed verstopt achter dat zwarte snoetje. Het had voordelen, moest ik beamen.
De terugweg kauwden we stuk op de vraag of kabouters echt bestonden. De karamellen lieten we heel voor thuis. En het deerde geen moment dat de pepernoten met de kabouters op stok waren gegaan. .
In het pannenkoekendorp Lage Vuursche waren we al meerdere keren. schilderachtig mooi (en lekker).
De kleinzoon mag van geluk spreken, op stap met de creatieve oma!
LikeGeliked door 1 persoon
Het zag er zo knus uit, met een stalletje waar hutspot te koop was en een vuurlorf die brandde. Drie dames aan de warme gluhwein en overal kabouters ❤ Heerlijk dagje.
LikeGeliked door 1 persoon
Geen pannenkoeken?
LikeLike
Nee en ook geen pepernoten Haha ❤ Coronatime
LikeLike
Wat een heerlijke uitstap. Ik denk dat oma net zo hard genoten heeft dan het kleinkind, zeker als ze je nog eens jaren jonger geven!
LikeLike
Absoluut, dubbel en dwars 😉
LikeLike
Heerlijk verhaal, zo samen genoten ❤️
LikeLike
Het was erg gezellig. 😉
LikeLike