Alles kan altijd nog erger. Dat was de optelsom na de slapeloze nacht, waarbij de hoestbuien in golven de adem benamen en het kleine bloemenkussentje in de zij probeerde de pijn te doven, als ik er hard op drukte.
Niet nog een nacht op die manier erbij, bedacht ik me. Afspraak gemaakt bij de huisarts. Dacht dat ik het wel kon redden. Dochter kwam haastig aanrijden om half acht. Lief zo’n kalme support bij me. Eigenlijk hadden we quality time, afgezien van de ongemakken. Het deed me denken aan de tijd dat ze uit Frankrijk hier vaak een hele week over waren en zij en ik tussendoor tijd hadden om, zittend op het bed, de wederwaardigheden te bespreken. Nu zat ze weer aan het voeteneind en volgde met argusogen mijn verrichtingen. ‘Naar de huisartsenpost zou nog wel gaan, maar mam je moet daarna vier trappen omhoog’. Het was na het douchen. Het gereutel hield niet op en met teugen probeerde ik lucht binnen te hengelen na de inspanning. Dokter laten komen bleek de oplossing.
Tussendoor wipte zoon nog even aan. Gemoedelijk zonnetje, met elkaar op de bank, dochter had de badkamer gepoetst en zoonlief de kamer gestofzuigd. Er was warme rooibos en sfeervol gesprek. Zij praatten en ik hapte lucht. We grapten. ‘Altijd rond deze tijd mam.’ ‘Ja, omdat ik jullie dan allemaal om me heen wil hebben. Haha.’
Dokter kwam, luisterde uitvoerig naar het gereutel. De saturatie was als altijd eigenlijk best redelijk. Toch een screening in het ziekenhuis, om dingen uit te sluiten en erger te voorkomen. Het was goed, want het zou voor zekerheid zorgen en aangepaste maatregelen geven voor het angstaanjagende zwoegen met altijd te weinig resultaat.
On-y-va in de Franse auto van dochter. De mevrouw achter de balie zuchtte maar eens. ‘Het is stervensdruk’, mompelde ze, ‘lange wachttijden’. Met een intonatie in de stem, alsof we er zelf voor kozen. Wonderlijk aspect van de hulpverlening. Uitleg hoefde niet. De pressie was te groot, zag ik aan haar neergedaalde mondhoeken en de weinig ontvankelijke blik. In wachtkamer 1 werd het bevestigd door veel bezette stoelen. We kropen in de hoek. Wachtkamer 1, wachtkamer 2, stappenplan voor het traject. Alle ins and outs keurig op een rijtje, in vrolijke frisse kleuren. Erbij vermeldt wie je ging ontmoeten, Triage-verpleegkundige voor de intake, gastvrouw voor het bezoek, Seh-verpleegkundige voor de handelingen, assistent-arts voor de bevindingen en overleg met de longarts. Een geoliede organisatie en het liep gesmeerd, alleen de hoeveelheid aan binnenkomers niet. Overmacht all over the place.
Uitzicht op de Dom
Zussen kwamen met hun zo vertrouwde vrolijkheid, op de eigenlijk voorgenomen, zussendag, een kakelvers gekochte pyjama brengen, om daarna te gaan lunchen in de kantine. Huisarts had een eventueel verblijf aannemelijk geacht. Malle meiden. Ze hadden mijn voorkeur voor zwart hardnekkig in de wind geslagen en een opfleurend, bijna Chinees, patroon gekozen. Glimmend en vrolijk. Zo lief om ze daar te zien, wars van regels en gewoonten. Het doet veel met een aangeslagen en slapeloos gemoed. Het ontroerde me.
Groen
Per wachtkamer vier uur, op de SEH ook drie uur. Steeds zagen we andere mensen weer lopen en terug komen, weggaan en weerzien. De mevrouw die wilde eten en drinken en niets mocht, de twee kakelende zusjes en de zwijgzame man, de man met zijn getatoeëerde armen, die binnen een tel de hele wachtkamer had overgenomen met zijn verontwaardigde verhaal en de benauwde hoestende mevrouw, die naast me zat. We konden een duet hoesten, blik van herkenning. De man met de zuurstof en het kapje en zijn hoofdschuddende vrouw, de vrouw in de rolstoel die dochter en ik allebei graag hadden willen tekenen. De malle molen werd aangedraaid. Bloedprikken, Thorax foto, urinepotje, ECG, bloeddruk, saturatie via de slagader. En wachten en kletsen. ‘Mooie kleur groen heeft U aan’, zei de pleeg en het was als een vleugje thuis.
De beensteunen
Het zijn vaak de kleine dingen die het doen. We hebben gegiecheld als bakvissen om het feit dat ik op een kamer van de gynaecologie lag met de beensteunen achteloos op de grond en het uitgeschaterd om malle invallen, nou ja, voor zover als mogelijk. De coassistent kwam vertellen dat ik een virus had opgelopen, Het RS-virus, dat zich nestelt in de kleine longblaasjes en daar uitpakt. Hoefde niet te blijven, kreeg wel weer verhoogde prednison en nog een reeks aan medicijnen mee.
De vier trappen waren Kilamanjaro’s en Baantjer was de afleiding. Wat mis ik de robuuste Cock met cee, ooo, ceeee, ka, Piet Römer. De vijfde trap, een vesting en een lange nacht volgde.
Wat een verslag! Rustig uitzieken lijkt me de boodschap. Nederland in de greep van een virus? Zoon één en zijn gezinnetje in Eindhoven liggen al van vorige week op de bank met gelijkaardige klachten. Hopelijk snel beter in het nieuwe jaar.
LikeLike
Ai dat happen naar adem moet uitputtend zijn. Ik hoop dat de oudejaarsavond terug wat kalmte geeft aan de longen en dat je 2020 niet adembenemend moet starten, of juist wel!?
Ik wens je vooral een gezond 2020 toe, het belangrijkste. 💛
LikeGeliked door 1 persoon
😂😂😂
Adembenemend is ie al
De kinderen zijn uitgewaaierd
Nu Remi sans famille
Vanavond cabaret op tv
Lichtje, oliebol en koffie
Maar vooral rust
LikeLike
Klinkt toch heerlijk hoor!
LikeLike
Oei zeg, het kon dus nog vele malen erger ….. beterschap!
LikeGeliked door 1 persoon
Dank je
Ik krabbel langzaam weer omhoog❣️
LikeLike