Uncategorized

Hemelsblauwe zeeën van tijd

Mijn helden van het eerste uur zitten in hun blauwe zadels en torenen hoog boven de nieuw verrezen stad. Lawrence of Arabia gordt zijn Chemozwaard aan en slaat verwoed de cellen neer, zijn tulbandhelm strijdbaar op het hoofd, grijs gestreepte doek beschermt zijn tere halshuid. Lapis Lazuultje hult zich in uitbundige blauwen, de nagels, oogschaduw, tulband op het hoofd, het vest in meer turkoois. ‘Blauw, blauw, hemelsblauw. Die kat is van de schooljuffrouw.’, zingt denkbeeldige Annie. De ringen aan haar vingers  zijn opvallend groot. Kobalt balt haar vuist. ‘Kom maar op. Ik lust jullie rauw’. De staalblauwe ogen weerspiegelen breekbaar en gelaten. ‘Mijn man wil niets drinken’, zegt zij, ‘Hij is een matig man’. Ze trekt de tulband van haar hoofd, gladde huid met stoppeltjes. ‘Het groeit’, dacht ik. ‘Het breekt’, zegt hij.  Plukken in de borstel. Hij zegt verder niets, hij denkt. ‘Mijn man is een matig man’, herhaalt ze nog een keer. Zijn bruine ogen kijken me aan. ‘Hoe kan ik zonder haar’, seint hij. Ik pluk aan het doek als die scheef terugvalt. Ze  stribbelt tegen en heeft schoonheid in de strijd geworpen. Ik heb leed gevangen.

Thee, foto Wikipedia

De bekers koffie en thee worden bakkies troost. Iemand geeft een bestelling door. Met melk en suiker. Bij het apparaat slaat de twijfel toe. Hij zei toch ‘thee’. In de wachtkamer liggen ze in een appelflauwte. Humor is onontbeerlijk. Thee dus. Zó drinken we dat in Nieuw Zeeland. Grote zoon van frêle moeder. ‘Ze wilde nooit naar de dokter’, sputtert Pa. ‘Kom ouwe, we mogen weer naar huis’ stapt kwiek de oude dame de kamer in en lacht de innerlijke tranen van de man weg. Ze steekt trots haar arm in die van de zoon. ‘In Nieuw Zeeland drinken ze dat’, zegt ze over haar schouder mijn richting op. Het gelach schalt door de gang. De schouders van haar man hangen laag.

Bouillon heeft magische krachten en thee wordt English blend, zonder de smaakjes, soms goudgele rooibos om de zon te laten schijnen. De chemo heeft een fonkelende oranje kleur. Schijn bedriegt. De meest agressieve in het mooiste jurkje. Het venijn vermomt zich hier.

De man met de verloren dochter. Als schim dwaalt ze door zijn hoofd en houdt hem ’s nachts wakker. Hij vertelt het verhaal iedere keer als ik hem zie. Er is altijd post voor hem. ‘Schrijf op wat je denkt’. Hij aarzelt. ‘Schrijven’? ‘Wat je schrijft ben je kwijt en je mag schrijven wat je voelt. Sans scrupules’. Het maakt lichter weet ik. Dan het dilemma. Wel of niet een operatie, risico is ‘voor altijd liggen’. De kringen onder zijn ogen pieken dieper en donkerder. Hij wikt en weegt al een week of twee.

Ik duik nog net op tijd de draaideur in en draai het rondje, frisse wind. De bedrijvigheid is in volle gang. De kleine blauwe staat alleen op haar plekje. Andere vrijwilligers verlaten evenzo hun post in gewone kleren. Ze zien er zo toegankelijk uit. Het gebouw hult zijn verhalen in vierkante dozen in de waterige zon.

In de avond staat literatuur op de plank. De bloemenzee bij het huis van een van de literaire boekenbabbels zijn een streling voor het oog, de kleuren uitbundig. Hier alle paars-violetten bij elkaar. De dag van kleur, denk ik als we het huis binnenstappen van vriendinlief met okergeel van Gogh op de muur. De avond is van Judith Visser, autisme en het zondagskind. We zien een interview met haar bij Pauw in uitzending gemist. Het boek wordt in herkenbare zinnen en ontroerende  flarden weer opgebouwd. Een van ons heeft het niet uitgelezen. Straks op vakantie, vier weken retraite op Kreta en hemelsblauwe zeeën van tijd.

 

 

2 gedachten over “Hemelsblauwe zeeën van tijd

Reacties zijn gesloten.