Overpeinzingen

Vrij als een vogel

Net de film afgekeken op NPO, waar ik gisteren voortvarend aan begonnen was, maar die zo spannend werd, dat een pauze op haar plek was. Nu dreunt ze na in alle vezels, waarbij ik dien te vertellen, dat ik een watje ben, als het om spanning gaat. Het was een psychologische thriller, met als titel ‘The Gift’ van Joel Edgerton. Een film die te herleiden valt tot de vraag of pestkoppen door hebben wat ze aanrichten in het leven van een ander. Een echtpaar komt in de stad wonen waar de heer des huizes is opgegroeid en komt een schoolgenoot van vroeger tegen, die door hem gepest werd. Een intrigerend gegeven met een ontknoping die niet een, twee, drie is weg te poetsen.

‘Boontje komt om zijn loontje’, zei men vroeger. En ‘ De waarheid achterhaalt je wel’. Dat laatste betrof de heer des huizes, die verstrikt raakte in zijn eigen leugens. Het pestgedrag had desastreuze gevolgen voor de betreffende schoolgenoot. Hetzelfde geldt voor het bekritiseren van iets. Dat was precies de reden, dat we probeerden in onze groep de nadruk te leggen op de positieve benadering. Kritiek is prima, zolang het handvaten aanreikt om verder te bouwen. De wens om zo te handelen kwam ook voort uit mijn eigen beleving van het ‘dikkerdje’ van vroeger. Tot in lengte der dagen heb ik het zo gevoeld en gezien, terwijl de spiegel een totaal ander beeld toonde.

Een pittig te verteren begin van de dag. Dochterlief klopte er met een mail wat luchtigheid in. Had ik zin om mee te doen aan een gratis online tuinontwerp. Ja, wat een gave manier om de tijd thuis te slechten. Binnen zijn en buiten voelen. Dat gaat morgenavond gebeuren. Potloden slijpen, schetsboek klaar leggen, tuinboeken doorstruinen als voorbereiding. Ook niet verkeerd.

Met de psycholoog die een onderzoek uitvoerde in opdracht via beeldbellen even het verleden ingedoken. Er zijn voordelen aan het binnen zitten. Geen gehaast met auto’s en risicovolle ontmoetingen, maar gewoon vanaf je eigen bank, met thee onder handbereik, de vragen over je heen laten komen. Het werd een boeiend gesprek, met voor mij geen verrassende uitslag.

Vanmiddag zouden we met de klankbordgroep van de culturele instelling alle leuke theaterdagen bespreken en verdelen, net als elk jaar. Ook dat gaat nu via zoom. De gebruikelijke pizza, die er altijd bij besteld wordt, mogen we op hun rekening schrijven. Niet dat ik daar over pieker, want je gunt hen elk dubbeltje. Hetzelfde idee had ik ook bij de vraag of ik de museumjaarkaart wilde verlengen. Ook al is er te weinig bezoek van mijn kant geweest en misschien nog, dan staat het aanschaffen van de kaart buiten kijf. Voor volk en vaderland. Zonder is het leven niet te doen.

Vannacht in mijn droom kon ik vliegen. Eerst horizontaal met een borstcrawl vaart maken en dan gaan. Halverwege kreeg ik het een beetje koud en wilde, net als mijn duo die ook meevloog, mijn jas aantrekken. We landden aan de zoom van de woestijn. Langs de zo typerende zandheuvels liepen mannen in Berberachtige kleren in kamelenpas achter elkaar. Wij verstopten ons bij een schuurtje er tegenover. Ze namen ons toch mee. Later was ik alleen terug en dook weg in een tussenruimte van het hutje voor een motorrijder, die door het kleine raam het pikkedonker in keek. Ik wist dat hij me zag, maar hij sloot het schuifluik met een klap en liet me staan. Of het vliegen daarna nog lukte, weet ik niet, want ik werd wakker met voldoende tijd om de droom te repeteren. Dat zorgde voor dit relaas. Anders waren de beelden net als mijn alter ego allang vervlogen geweest.

Het dromenboek verklaarde met het kunnen vliegen, dat je letterlijk boven iets bent uitgestegen, of misschien in een zaak een nieuw perspectief hebt gevonden. Het gevoel was bijzonder prettig. Dat is me eveneens helder voor de geest gebleven. Vrij als een vogel.

Uncategorized

Soms is zien zwijgen en zwijgen zien.

Na een heerlijke schilderochtend, de gladheid omzeild, door rustig te tuffen in een aangegeven tempo, was het haasten geblazen om op tijd voor de volgende afspraak te zijn. Utrecht in kerstsfeer dus alle wijken rondom het centrum waren volgelopen op de parkeerplaatsen. Hier en daar nog een enkele plek. Ik was de gelukkige. Het was een straatje stappen naar het Louis Hartlooper complex.

IMG_0905.jpg

Lief welkom met een groot glas thee, waar bier niet in zou misstaan, maar warm en lavend. De film wachtte op ons. De vierde zus was op het nippertje en ademde haast en ongerustheid. De kalmte daalde neer in het rode pluche van de dertiende rij van stoelen in zaal twee.

Ik nestelde me in en wachtte af. Visages Villages zond vakmanschap het zaaltje binnen, liefde en ontmoeten in de ruimste zin van het woord. De twee bijzondere zielen, die elkaar op voorspraak van hun professie hadden getroffen, verschilden een leven met elkaar. Zij, de kleine Agnès Varda was ruim de tachtig gepasseerd en haar evenknie JR had net de cruciale leeftijd van 33 bereikt. Beiden hadden de fotografie omarmd. Waarbij JR vanuit de graffitikunst uitgroeide tot het maken van gevelgrote pop-up foto’s, zocht Varda  de kleinoden van het leven en zette het naar haar beeldende handen, die sfeer en emotie verenigden in haar alziend oog. De camera is de rijkdom, de blik is onbegrensd.

IMG_0902.jpg

Samen op pad in een enorm fototoestel op wielen, die alle beelden opblies tot zijn eigen formaat. Twee mensen, de een als een springerige jonge hond, de ander met een wereld aan informatie door de jaren, ja zelfs de eeuw heen. Van Godart tot Varda en weer terug. Letterlijk. De verbazing omtrent de maskerade achter bril en hoed speelt als een rode draad, onbegrijpelijk voor een grande dame, die respect voor een ander vertaalt in een twintigste-eeuws concept.’Zet je hoed en zonnebril af voor je oma.’

In de film ontmoeten ze het leven op het dorpse platteland van Frankrijk in haar eenvoud en haar verborgen schoonheid door zich open te stellen, zoals het zich aan had geboden in de loop der jaren. De vergankelijkheid van beelden van weleer verenigd met de nieuwe frisse kijk van het heden. Ze smeden letterlijk een brug door vroeger te projecteren op het nu. Het maakt emotie los, bewondering, ontzag en respect voor beide.

De oude versleten ogen van Agnès krijgen het heldere zicht van JR mee, die zelfs het wazige veld weet te slechten in waarneembare objecten, door ze op te blazen. De verse blik van JR wordt ingebed door de diepte en de inhoud van het filosofische zicht van Agnès. Twee zielen, die elkaar ontmoeten en versterken. Kunst op hoog niveau.

Mijn bescheiden blik verliest zich in de prachtige sfeerbeelden er tussendoor. Jeugdige bravoure en de wijze ouderdom. Heel het leven en haar vergankelijkheid gevangen in één beeld, allesomvattend, zonder woorden. Het einde heeft de kracht van een ontlading die de diepe verbondenheid bevestigd. Hier hebben twee zielen elkaar geraakt. Hier is leven doorgegeven.

IMG_0898.jpg

Bij de ontluistering, door uit de duisternis het café binnengetrokken te worden, mijn bewogen geest nog op het platteland, wordt helder hoe divers iets kan binnenkomen. Mooi en sfeer zijn niet de woorden, die een ander kiest. Het is mijn hele persoonlijke beleving. Voor mij zijn het dorpsgezichten, die uitstijgen boven zichzelf door de decennialange sfeergevoelige ervaren kijk op het leven en de jeugdige fantasierijke en wereldse blik. Deze wereld ligt aan de voeten van iedereen die de moeite neemt om zich mee te laten voeren door de geest en de rijkdom van de beide fotografen, die Agnès tot een verhaal van beeld en weinig woorden heeft weten te smeden. Soms is zien zwijgen en zwijgen zien.

 

Uncategorized

Le jour, c’est la vie des êtres, mais la nuit, c’est la vie des choses.

Het citaat is van Alphonso Daudet. De prachtige aquarellen in het dagboek zijn van Lizzie Napoli en ik schilderde ze in die vakantie allemaal na. De bloemen zijn onderweg geplukt, zorgvuldig gedroogd en ingeplakt.  Er was destijds, bij hoge uitzondering, een zee van tijd, inderdaad ‘een dag van zijn’.

Ik ben benieuwd wat monsieur Daudet gemiddeld in de nacht verkoos. Ik stel me voor dat hij dan tot schrijven kwam. Mijn woorden vallen in de vroege ochtend binnen. Ze glijden over het kussen en draaien om het hoofd, dat onrustig wakker begint te worden, af en toe duikt er een naar binnen en roert zich en wentelt net zo lang tot het genesteld is en het verhaal zich ontspint. Inspiratie haal je uit de dag, de nachten zijn voor de associaties en het uitspinnen. Ik spin wat af!

De dag is er voor intervallen en de opborrelende fantasie, die als een gloeilamp aanslaat en zich verspreidt. Niet de vraag ‘hoe’ maar ‘de manier waarop’ telt. Gisteren had ik een verrassing voor de kleinzonen bedacht. We zouden naar Mees Kees langs de lijn, een film naar de boeken van Mirjam van Oldenhave, maar er zat nog minstens een uur overbrugging tussen. Het was zo’n heerlijke bewuste dag, ‘Un jour d’être’ en de stemming zat er al gauw in toen ik in raadsels de verrassing aanbood. De tocht er naar toe was minstens zo spannend als de ontknoping en de film een schot in de roos.

Met het stoffige zaaltje, waar het zich afspeelde en de verwachtingsvolle glimmende ogen van de jongens moest ik aan mijn eigen magische moment denken dat het witte doek zich voor het eerst met beelden vulde uit die ratelende machine naast mijn oor. Het spannende donker, het filmapparaat in het gangpad, het geroezemoes van kinderstemmen om me heen. Het was zondagmiddag in het jeugdhonk van het oude klooster waar de nonnen hun sporen hadden nagelaten. Op deze gewijde grond breidde mijn kleine kinderwereld zich uit met die bewegende beelden, die in veelheid net zo vormend zouden worden als de boeken, de muziek en de natuur. De schepper was mijn vader, die het apparaat bediende en in witte hemdsmouwen, hoog uittorenend  boven het  grut, kon toveren tot we ademloos tegen het verhaal aangeleund zaten en woordeloos mee bewogen met The little Rascals.

De ontlading erna, met daglicht dat altijd scheller was omdat het zicht zich net als de geest vanuit die diepe duisternis moest herstellen, werd ondergedompeld met buitenspel en het leven van alledag. Maar in de nacht, die stille nacht, rolde de hele film zich achter mijn ogen af en buitelden de kinderen over elkaar heen in een spannende achtervolging door de gevestigde orde. We ontsnapten, ik was een van hen, maar ternauwernood, waarbij ik van de angst wakker schrok en stijf rechtop in bed zat met trouwe beer naast me, die me stilzwijgend begreep. Dan begon het woelen en draaien weer. In de nacht, die duistere nacht kon alles, begreep ik en zodra het in mijn vermogen lag bande ik de duisternis, omdat de dromen ingrijpender werden naarmate de beelden in mijn hoofd zich vermeerderden.

Le jour c’est la vie des êtres, mais la nuit, c’est la vie des choses als je wakker blijft, want zodra je je ogen dicht doet, speelt het leven haar eigen glansrol in mogelijkheden en onmogelijkheden en wordt het kleinste onbeduidende theelepeltje levensgroot  binnengevoerd  om met het onbuigzame staal de strijd aan te gaan, te voet en te zwaard, met het kind in mij dat weer ontwaakt en vlucht in de schrijver van de nacht .

Bewaren

Bewaren