Overpeinzingen

Dat belooft wat

Jaap Fischer zingt zijn tanden in zijn keel(Het Kerkhof)terwijl de jongste lieve zus een tortilla in elkaar draait met behulp van de andere helft van de achterbank. Ik zal het uitleggen. Wij ‘oudjes ‘ rijden of zitten ernaast, de ‘jonkies’ zitten altijd op de achterbank. We zijn in het vakantiehuisje aanbeland. Ergens in het midden van het Friese Nergensland, uitgebreide bossen en weilanden, frisse lucht, buizerds en sperwers in de lucht, een ree langs het struweel tussen de weilanden, kippies op het erf.

Vier zussen, die al jaren met elkaar een week doorbrengen, op elkaar ingesteld door de ervaring, een punt waarop de niet gedeelde jaren met dit steeds vorderende samenzijn herkenning en een vertrouwd ontmoeten bracht.

De plaats was onbekend, de weg er naar toe net zo, maar eenmaal gevonden een oase gelijk. Een lieflijk huisje, oud en industrieel gemixt, alle voorzieningen bij de hand en een hele hartelijke gastvrouw, die de volgende dag naar hun vakantiebestemming zouden vertrekken.

De plaatselijke dorpswinkelbediende verbloosde bij het zien van de stevig gevulde kar, die we voor hem schoven. Daarna een brede glimlach van oor tot oor. Deze winst maakte zijn dag weer goed. De innerlijke mens moest toch versterkt worden en omdat de kosten door vier werden gedeeld, viel het eindbedrag altijd reuze mee. Bovendien, he vakantie, dan mag je gewoon alles wat je graag wilt nuttigen, aanschaffen.

Vanmiddag tijdens de lunch was er een mevrouw die duidelijk in haar eigen wereld verkeerde. Het was aandoenlijk. Ze liep met blote voeten door de zaak, had een aantal voorwerpen uit de aanpalende winkel gevist en was bezig die te schikken en te herschikken. Ze rolde er zelfs het kleed onder de meubelen voor op en haalde een stoel van het gesloten terras naar binnen. Het werd de manager van het bedrijf teveel. Het zien van de steeds groter wordende chaos door haar handelen noodzaakte hem kennelijk tot een wat barse toon, waarop hij haar sommeerde om weer orde op zaken te stellen. Maar de vrouw, al wat ouder aan de handen te zien, een opmerkelijk jong gezicht, verweerde zich verschrikt met het uitleggen van haar bedoelingen. De verdwazing was met handen vol van haar gelaat af te scheppen. Het gaf een gevoel van onmacht en stemde droef. Van de gerant achter de kassa hoorden we dat ze vermoedelijk in het hotel logeerde en alles voor haar dochter wilde kopen. De reden bleef onduidelijk. Een zwak verweer van mijn kant over haar verward zijn en wat dat met een mens doet, bleef aan de oppervlakte. Het ongemak voor het etablissement hield de overhand.

Heerlijk gegeten, vaatje aan de kant en straks een wandeling naar de vijver, waar in de holle bomen de bonte specht zich meer dan thuis voelt. ‘s Nachts belooft de map met instructies ook nog de roep van de jagende uil, iets om wakker voor te blijven natuurlijk. De mappen met wandelingen, Lauwersmeer, Oost Mahorn, wandelen tussen Buitenpost en Kollum, en een veehuis in het veenkloosterbos beloven ongerepte natuur aan flora en fauna.

Hier gaan we ons niet vervelen. Op dit moment vieren een aantal winterkoninkjes een feestje in de rododendron, er zitten vast en zeker jonkies bij aan de grootte te zien. Alsof ze zo vlak voor het slapen gaan zich nog even moe willen stoeien, zo herkenbaar.Voorlopig raken we nu, op de eerste dag al niet uitgekeken. Dat belooft wat.