Overpeinzingen

Een hereniging

Na de ijzige kou van gisteren sloop vannacht herfst even binnen. Inderdaad. April doet wat ze wil. Hier boven met alleen de striemende takken van de toppen van de boom naast het huis, regendruppels op het raam tegen de vuilgrijze lucht als achtergrond, lijkt het in bed behaaglijker dan normaal. Ook het suizen van de wind werkt er aan mee, ze loeit om de nok van het dak, vliegt in razernij tegen de pui aan en trekt dan verbolgen aan weerskanten verder in een tomeloos ritme van aanzwellen en afnemen. De kauwtjes houden zich gedeisd.

Onrustig maakt het enigszins, maar het bed biedt de broodnodige warmte en ik besluit hier maar af te schrijven, terwijl ondertussen de vorige dag de revue passeert. De tweede verjaardag van dat weekend was rustiger omdat alle kinderen vooral beneden aan het spelen waren en wij als volwassenen zelfs tot een goed gesprek konden komen buiten de prietpraat om.

Er werd een vergelijk gemaakt met vroeger en nu. De grote reeks aan kinderen, geen volautomatische of zelfregulerende apparaten in de buurt, maar alleen een wasmachine, die met haar schoepen de was heen en weer bewoog tegen de zijkanten, de goudpaarse belletjes op het sop, die kleine kleurrijke glimmertjes, die opkwamen en verdwenen en waar je als kind lang naar kon kijken. Het helpen met het wringen en het uitslaan van de was, de damp die er van af kwam in wolkjes boven onze hoofden heen en die een fijne regen verspreidde op ons velletje, een feest voor de kinderen. Lakens aan de lijn en een schaduwspel er gratis bij. Verstoppertje tussen de lijnen, een eeuwenoude vreugdevolle bezigheid, ‘Buut vrij’.

Er is wat te zeggen voor de ontwikkelingen die er gaande zijn, maar op de een of andere manier ging destijds de tijd langzamer, duurden de dagen langer, leek de eeuwigheid nog ver weg. Als je vijfenzestig was, was je oud en kwamen er geraniums en trevira jurken in beeld. Grijze koppies was-en-watergolf bevolkten de kerk. Met de was op maandag, de strijk op dinsdag, gehakt op woensdag en de vis op vrijdag vervlogen de dagen in een kalme ritmiek. Op zaterdag was er brood, op zondag verse kippensoep en het voetbalelftal. Naast de toto, die we ophaalden aan de deur waren we Salesianen van Don Bosco. De opgehaalde inkomsten droegen we op de laatste zondag van de maand netjes af aan Frau Bauhaus. Op de vensterbank vierde de sanseveria hoogtij naast de hertshoorn aan de muur in een speciale hertshoornpot. Achter het kruisbeeld stak het surrogaat van de palmtak in een verdorde uitvoering. Christus liet het hoofd hangen.

Ach ja, al die beelden die aan komen vliegen en evenzo vrolijk plaats maken voor het heden. Zoonlief en schoondochter zijn naar Bilbao geweest dit weekend en wij herinnerden ons de trektocht lang geleden, vijftig jaar zelfs, naar dezelfde plaats, waar we niet lang dorsten te blijven omdat de processen in Burgos tegen de Eta en de Baskische beweging een hoop onrust met zich meebrachten in dat deel van Spanje.

Guggenheim staat nog altijd op het verlanglijstje, na het bezoek aan haar broer in New York, waar ik een wandgrote Rothko mocht aanschouwen zonder iemand in de buurt. Overweldigend. Een leuk idee voor een jubileum, vijftig jaar. Weer samen met Lief, dubbel feest. Als we thuiskomen blijkt natuur in dat kader wat versiering te hebben aangebracht. Rond de rode lantaarnpaal voor de flat staat boterbloem uitbundig te bloeien als passend eerbetoon aan dit heuglijke feit.

Inmiddels is de museumjaarkaart binnen en zijn we klaar voor een tocht langs de Nederlandse musea. De eerste begint misschien in Zutphen waar Jeanne Bieruma Oosting in een overzichtstentoonstelling eer wordt aangedaan, na jaren vergetelheid. ‘Geen tijd te verliezen’ is de passende titel. Datzelfde gevoel hebben wij ook. Elk moment is een reden om bescheiden te vieren in de wetenschap van het bijzondere ervan. Het grote goed van een hereniging.

Een gedachte over “Een hereniging

Reacties zijn gesloten.