Overpeinzingen

Kinderlijk eenvoudige wonderen

Lief heeft een schat gevonden in de schuur. Nou niet echt gevonden, hij was ernaar op zoek. Om het grote hek voor zit een kabel, waar nog maar een sleutel van is. Daarom moet er telkens een goede vriend komen als we arriveren. Hij heeft voor het beheer van het huis tijdens onze afwezigheid alle sleutels aan zijn bos. Dus ook dat enige exemplaar van het hek. Een onhandige situatie, daarom bedachten we een nieuwe kabel met twee of drie sleutels. Door die afweging herinnerde lief zich ineens weer het doosje met sleutels. Er lagen zelfs twee kabels achter. Nu was het zaak om de juiste sleutels erbij te vinden.

Het deed me denken aan het knopendoosje van mijn moeder. Niets leukers dan mooie knopen zoeken om vervolgens er een gewaad bij te fantaseren, of oorhangers, of armbanden. Een schattendoos bij uitstek. Er zaten nog geërfde knopen van oma in, met stof omkleed en ook van die fijne paarlemoeren, die je in de jaren zeventig nog wel tegenkwam aan de dertiger-jaren-jurken van Crêpe de Chine, waar ik destijds hippie wise in rond liep. Knappe knopen die pasten bij de rijke stof en daarmee kleine bijous werden.

De naaidoos van thuis was een andere schattenkist. Daar zaten d vele kaartjes Brat in en de metalen naaldvoerders, garen en band met geschulpte rand, gehaakte pico’s voor de kastranden, knopspelden met vrolijke gekleurde knoppen, porseleinen en zilverkleurtige vingerhoeden en haaknaalden in een mooi beschilderde houten koker.

Bij mij in het gezin was de verkleedkist de grootste schat. Een voorraad aan oude India hippiejurken, sarongs en kebaja’s, kleurrijke glanzende sari’s, voile lappen, hoeden te kust en te keur, sjaals en wat dies meer zij. De buit uit een vroeger leven en de verzameling werd aangevuld met de wonderlijke vondsten bij het uitzoeken van de zakken met tweedehands kleding, die in grote containers bij de kringloop werden aangeleverd en die stuk voor stuk door mijn handen zijn gegleden.

Er waren bijzondere dingen bij en dat leverde in mijn hoofd tijdens het sorteren een keur aan verhalen op. Een koffer met een hoeveelheid damesschoenen, maat 46, bijvoorbeeld of een hele verzameling koloniale jassen en vesten met gouddraad bestikt en een bijzondere Chinese jurk, met een wespentaille waarvan ik behoorlijk onder de indruk was.

De kinderen hielden hele verkleedpartijen en speelden moeiteloos hun verschillende rollen. Eerst de meisjes samen, maar al gauw werd de tweeling ook ingeschakeld om baby te zijn of zusjes. De jongens lieten zich gewillig van alles aantrekken. De dametjes hadden geen aankleedpoppen nodig om de verschillende sluitingen te oefenen. Het materiaal was allemaal voorhanden. Met de sari’s werd hun domein, de hele zolder, omgebouwd tot sprookjespaleis. Alles kon en alles mocht, want het was iets wat ik zelf zo graag zou hebben gedaan als kind. Bij ons in het ouderlijke gezin was eenvoudigweg de ruimte niet met elf kinderen. Elk hoekje en gaatje was bezet, wat niet belemmerde om toneel te spelen tussen de stapelbedden in, met de verknipte nylon kousen van mijn moeder, omdat we een arme Puntje en Anton moesten spelen. Iets wat ze achteraf geen goed idee vond, werd zus en mij al snel duidelijk.

Zo fantaseerden we onze wereld bij elkaar en wat zou ik het graag nog eens dunnetjes overdoen, maar dan op grote schaal met een fantastisch, vreedzaam, utopisch verhaal. Had ik het toverstafje uit de verkleedkist nog maar. Daar kon je de wereld kleurrijk mee toveren en vol kinderlijk eenvoudige wonderen.

2 gedachten over “Kinderlijk eenvoudige wonderen

  1. Herkenbaar die naaischatkist. Ik heb alles gekregen van mijn moeder, mijn tante en schoonmoeder. Ik heb ook veel weggegeven aan andere naaisters die het konden benutten. En de verkleedkist was hier met onze 3 jongens ook altijd erg in trek. Ondertussen heb ik dat allemaal doorgeven aan peuterspeelzaal en mensen met kleine kinderen. Bewaren of doorgeven is soms een lastige afweging.

    Geliked door 1 persoon

Reacties zijn gesloten.