Uncategorized

Uitsluitend vrouwenhanden

Voor het atelier woei een zwoel windje. Voorjaar in de lucht. De takkenbos, die gisteren was achtergelaten, lag er nog onaangeroerd bij. Terwijl de zon warmte koesterde met zijn stralende opening van de dag wist ik wat me te doen stond. De hele week zou het dit weer blijven en het was een uitstekende gelegenheid om alle wilgen verder te knotten, maar dan moest eerst dit restant iep en wilg geruimd zijn. Daarna boom voor boom, knotten, knippen, ruimen. In die volgorde. Zodat de moed niet in de schoenen zou zinken bij het zien van een haast onbergzame stapel.

Zo’n werkje hoort tot de mijmerrijke bezigheden, net als breien, wieden, fietsen, wandelen. Handelingen die gebeuren terwijl, ondertussen, de geest de vrije loop neemt. Honderdduizendeneen dingen die te binnen schieten, om te bestuderen, uit elkaar te rafelen en weer in een nieuwe jas te steken.

Met de achterburen had ik afgesproken aan het eind van de middag het tuinseizoen in te luiden. Zij zorgden voor een flesje en ik voor de lekkere hapjes erbij. Zuurdesem met heerlijke pesto, dadels met roomkaas. Terwijl de handen onverdroten door knipten, wilgentak na wilgentak, dobberde ik weg naar andere oorden en genoot ondertussen van het buitenleven na de maandenlange binnenzit. De tuinders van de hoek kwamen aangefietst, altijd belangstellend, lieve woorden en dadendrang. Omzichtig werd hun tuin uitgepakt, de Perzik, die zich de hele winter had mogen koesteren in een biezen mat, plastic en touwen kon haar takken weer laven aan de toch al warme zonnestralen. Het zagen van de berk van achterbuurman gaf de maat aan van het lentelied, dat de druk vliegende koolmezen en vinken hadden ingezet.

Twee doorgesneden appels met wat zaad had ik meegebracht voor deze blakende tuinbewoners. Ze bungelden aan een ijzerdraad in de appelboom. Terug naar de moederschoot. Steeds dunner werd de houtstapel voor me en bij de iepentakken besloot ik de takkenschaar te gebruiken en ze in stukken te knippen, handzaam genoeg om te verbranden op een stille ochtend als de wind goed stond. Het koste wat moeite, maar uiteindelijk lukte het wel en na een middag hard doorpezen was de klus geklaard. Met de geleende bezem van buuf veegde ik het straatje schoon. Ziezo. Opgeruimd staat netjes. Vandaag valt er weer met een schone lei te beginnen.

Vriendin appte een aflevering van het Uur van de Wolf uit 2018 door. Bethe Moriset, de meest impressionistische van het opkomende impressionisme van die tijd en tegelijkertijd een goede afspiegeling van de impasse waarin vrouwen leefden in die tijd. Een eigen atelier was ondenkbaar voor een vrouw alleen. Er werd erg aan haar getrokken om toch vooral in het huwelijk te treden. Ook haar twijfels kwamen aan bod en ze schreef in haar dagboek hoe de moed haar soms in de schoenen zakte. Maar ze werkte gestaag door met de haar zo kenmerkende losse toets. Haar leven werd in de docu gelinkt aan een vrouwelijke rapper, Cayenne, die zichzelf vergeleek met Berthe en haar prees voor haar dadendrang, moed en onafhankelijkheid ondanks alle kritiek. De wereld van de rap is er vooral een van mannen. De documentaire begon met een ‘gevonden’ portret van een vrouw met achterop een datum en de naam van Berthe Moriset. De kleinzoon van de dochter van Berthe ontmantelde het doek, de haardracht zou nooit de stijl van Berthe zijn geweest.

https://www.npostart.nl/het-uur-van-de-wolf/28-06-2018/VPWON_1249727

Mooi om de tijdgeesten naast elkaar te zetten en te beschouwen. Een fijn begin van de ochtend en een mooi vooruitzicht nu een aantal helpende handen zich hebben aangeboden. En hoe kan het ook anders na dit glorieuze begin, het zijn die van de kleine filosoof en verder uitsluitend vrouwenhanden.

3 gedachten over “Uitsluitend vrouwenhanden

Reacties zijn gesloten.