Dromen kon gisterennacht op het ritme van de regen, die gestaag bleef stromen. Het was te merken aan het weggetje naar de tuin langs de sloot. Het was hoppen van graspol naar graspol geblazen. In de tas wist ik het douchegordijn met de inkeping voor het hoofd en mijn paraplu. Nat, natter, het natst, dus bleef de springbalsemien liggen zieltogen voor de Bernagie. Een snel portret, geen gelijkenis, wel lekker los van opzet. Mooie oefening. Een vlaamse gaai vloog tussen de druppels door richting appelboom, maar zodra hij een beweging van mijn kant zag, week hij af en vloog een tuintje verder.
Na een uurtje hard werken stak ik het papieren vellenblok in een vuilniszak in de grote tas, speciaal voor dit doel meegenomen en ging mijns weegs richting bospark om, op de bonnefooi, even te theeën bij dochterlief. Kleindochter was net wakker en klitte zich nog vast aan moeders benen. Mijn oude kloffen bleken aan vervanging toe te zijn. Door mijn tocht naar de tuin was het water kennelijk regelrecht tussen de naden doorgesiepeld en bleken de kousen doorweekt.
Droge exemplaren van dochter en een lekker warme kop thee. Enthousiaste verhalen over de verbouwing die opschoot, de ruimte die ze had gemaakt in de kleine boshut, de kringloopwinkel op fietsafstand, de eekhoorn die ze had gespot op een wandeling. tussendoor danste de kleine op de radio die aanstond, haalde de speelgoedmand leeg, schoof oma alle poppenkinderen toe en speelde met de prachtige kartonnen blokkentoren. Vosje mocht ook meedoen. Af en toe brak de zon door tussen de enorme buien in en dan werd het direct vakantie op het terrein en herfst, al waren de meeste bomen sparren en dennen.

We werden opgeschrikt door een hard geluid. Het bleken bladblazers. Bladblazers in de stad zijn al een gotspe, maar bladblazers in een bos met naaldbomen een vorm van nutteloze, vergezochte dagbesteding. Met een ernst alsof ze de stoepen van het witte huis aan het schoonblazen waren, kweten de twee mannen zich van hun taak terwijl de kleine meid angstig bij mams op schoot kroop. Afleiden met pratende poppen en een spelletje kiekeboe.
Om vier uur naar huis, want ik had zoon beloofd zijn schaftpotje te komen brengen. Surinaamse Saoto door een vriend gemaakt. De bouillon moest heet en de rest mocht koud blijven, zelfs de rijst. Het hele huis was nu gestript en het grote aannemerwerk kon beginnen, door derden gelukkig. De zon filterde inmiddels weer door de grote bomen op het plein hierachter en mijn hart veerde op bij de mooie lichttinten in het blad. Een appje van vriendin of ik volgende week een les beeldende vorming aan de onder- en de middenbouw wilde geven. Een les over kleuren. Een perfect onderwerp zolang de zon bleef schijnen. Een buitenkansje dus.
Thuis wachtte opdracht vijf en zes van #Inktober 2020. Een ‘blade’ (mesblad) en een rodent (knaagdier). Dat laatste kon alleen maar een eekhoorn worden, na een dag van herinnering aan de groep, die de eekhoorns heette en de eekhoorn van dochter. Heerlijke bezigheid tussen het nieuws door.
Vriendinlief was bedroefd dat ze weer niet op tijd was voor de inschrijving van de Urban Sketchers. Het zou mijn derde keer al worden van dit jaar, dat ik wel ging Het was haar nog geen een keer gelukt. Heer Bommel en Tom Poes kwamen voorbijstiefelen en Heer Bommel zei: ‘Tom Poes verzin een list.’ Daar was ie al. Ik appte dat ze klaar moest zitten om in te schrijven, als ik uit zou schrijven, anders zou ze er weer naast zitten. Ze giechelde wat, zat midden in een studiedag, maar ging het proberen. Ik appte ‘Nu’ en zij drukte ‘Gaat’. Met dank aan Heer Bommel en Tom Poes.
Ondanks de regen buiten, weer een warm schrijven. Je eekhoorn is prachtig. In oktober wonen in een boshuis kan geen straf zijn.
LikeGeliked door 1 persoon
Ne dat vond ze ook. Ze wonen normaliter middenin de stad
LikeGeliked door 1 persoon