Uncategorized

Het hoogste goed

Vorige week keek ik, terwijl de avonden lengden en de ochtenden in diepe rust verbleven, naar de tv documentaire ‘The Bastard’ over een jongen, Daniël, uit Adis Abeba, die op zoek ging naar zijn  Friese vader. Een groter denkbaar verschil is welhaast niet mogelijk. Allereerst waren de Europese trekken bij de man onmiskenbaar vertegenwoordigd. Het was niet moeilijk voor te stellen, dat behalve de kleur van zijn huid, ook zijn hele uiterlijk aanlieding was tot pestgedrag van zijn leeftijdgenoten. Hij was een bastaard. Hij hoorde nergens bij. Het bracht hem een moeizame levenswandel.

 

De vader leek  een afstandelijk man, die zijn gevoel heel diep weg had gestopt en op alle fronten ontkende en zweeg. Dubbel moeilijk was het voor de broer van de jongen, die hem liefdevol had omarmd en in huis gehaald. Bij de Afrikaan sluimerde zijn Afrikaanse adat en het werd meer en meer leidraad voor hun verhouding. Natuurlijk moest de jongste de credits geven aan de oudste. Onbegrip waarom dit achterwege bleef. Kenmerkend voor beide partijen was de vasthoudendheid, waarmee ze zich op het probleem hadden gestort. Er kwam een DNA-test en er lag daarna bewijs op tafel, die de ontkenning zinloos maakte.Toen brak de vader en ontvouwde zijn eigen jeugd. De geschiedenis had zich schrijnend en in volle hevigheid herhaald. ‘Wij kenden de zelfde pijn’, wist de Ethiopiër tenslotte. Daarin werd meer verbinding gevonden dan ooit mogelijk was geweest.

Ik was er van onder de indruk. Met programma’s als opsporing verzocht zijn we wel wat gewend tegenwoordig, maar dit ging dieper, schuurde langs alle grenzen heen. Juist omdat de vader zo hevig en eerlijk er inging. Eerst glashard ontkende, om daarna weer te erkennen. De mens in al zijn facetten. Daarnaast werd eens te meer duidelijk wat een verschil in cultuur de obstakels in een relatie kunnen vergroten. De broer die niets liever wilde dan zijn halfbroer opnemen in diens gezin, maar tegen de cultuurbepaalde rolverdeling aanliep en iets dergelijks niet kon bevatten. Hij stond immers open voor het sociale contact.

250 Een van de aangename verschillen

Ooit heb ik geprobeerd om van twee culturen een eigen cultuur te smeden, maar het kwam niet uit de verf. Op grond van gelijkheid, vrijheid, en vertrouwen was het nog maar een kwestie van tijd om te wachten op het grote onbegrip. Dat moment kwam er in volle hevigheid. Niets is moeilijker dan de liefde uit te laten stijgen boven vermeende gewoonten en gebruiken. Rituelen, die een enorme meerwaarde krijgen en de draad vormen voor een bestaan. Mijn ideaalbeeld was een grenzeloos samenzijn. Dat wenste ik mezelf toe en de hele wereld. Het duurde even voordat ik door kreeg, waar tolerantie op zou moeten haken. Op de souplesse waarop beide partijen er mee om bleven gaan. Rekbaarheid en veerkracht bleek iets wat van twee kanten noodzakelijk was.

De vader beaamde, aan het eind van de rit, dat het hem speet en dat hij zijn vader was. Dat was dat éne woord waar Daniël genoeg aan had. Verder had hij niets meer nodig. Zijn vader, een man die dezelfde pijn deelde als de zoon. Daarmee was alles gezegd.

Daniël hield aan het eind een monoloog.‘Ik heb zijn bloed, ik heb zijn aard, ik heb zijn botten, ik maak deel van hem uit, ik weet het. Dat is de menselijke aard, ik begrijp hem(…)ik weet dat hij me begrijpt, en ik snap het met één woord’. De vader had veertig jaar lang geleden onder zijn eigen ontkenning, totdat hij het toegaf. Dat éne woord vergezeld van een welgemeend ‘Sorry’.  Dat gaf hij hem tenslotte. ‘Daniël ik ben je vader’. Daarna was het goed. Geen rancune meer, geen verwachtingen, maar weten dat het voldoende was. De erkenning van zijn bestaan. Het hoogste goed.

 

Een gedachte over “Het hoogste goed

Reacties zijn gesloten.