Vriendin spin zorgt voor een prachtige observatie op ooghoogte vlak voor mijn raam. Soms is ze aan het werk en spint haar draden tot bestaansrecht en dan weer hangt ze roerloos in het midden van haar web stilletjes te wachten op wat komen gaat. Vandaag is de dag vriendelijker begonnen met zonnestralen, die de bladeren van de grote plataan lichtgroen, bijna geel doen oplichten. Het is al veel later en ik heb een gat in de dag geslapen met de meest wonderlijke dromen.
Er was een handig ‘ogen’-gezelschap. Ze hadden een stellage gemaakt, waar kinderen onder konden kruipen. Ze staken hun hoofd door het gat en kwamen in een soort doos met open voorkant. Zo kon je hen met het grootste gemak de ogen schmincken. Ik vond het een ingenieus idee. Aan de andere kant liep een gezelschap dat zou gaan optreden. Een deel ervan leek verdacht veel op De Dansers, die ik vorige week nog gezien had tijdens hun optreden. Ik had een rolletje. Ik moest zeggen: ‘Wie is die vrouw’. Bij de tweede voorstelling in de droom vergat ik mijn ‘moment of fame’, want ik was mijn wegrollende zilveren ringen aan het zoeken. De maakbare wereld vind je in dromen.
Gistermorgen kwam de zon net te voorschijn toen ik uit de auto stapte om naar het ziekenhuis te lopen. De kleine konijnen graasden gemoedelijk hun ontbijt bij elkaar op het grasveld aan de zijkant. De zon kleurde de hemel en de rook van de fabrieken aan de horizon sliertte er in grijze sluiers doorheen. Op de afdeling was het een komen en gaan van mensen. De afdeling had me ingelijfd bij de hulptroepen en wisten me een paar mensen te melden, die wel een handmassage wilden hebben.
De vrouw heette net als ik met een letter minder. Ze was zo oud als mijn jongste zus en had haar haar in een artistieke draai losjes omhoog gewerkt. Dat schiep een band. Terwijl ik haar masseerde, vertelde ze de reden waarom ze hier, op oncologie, lag. Zachtjes en berustend. Er was geen weg terug Dus keek een mens voorwaarts. Er zat niets anders op. Ze benoemde de machteloosheid als het moeilijkst te aanvaarden. Het ziek-zijn niet, de bijverschijnselen niet, de symptomen niet, maar het gedwongen ondergaan. Het vechten tegen de bierkaai. Er kwam een dokter binnen lopen, maar die maakte rechtsomkeer toen hij zag dat ik er was. Ze huiverde even en vertelde dat dat, ze knikte met haar hoofd in de richting van de deur, de brenger van slecht nieuws was. Nog even niet aan denken.
Op de gang liep een meneer te kuieren. Hij had de beide handen op de rug. Hij kon niet tegen heel lang stil zitten of liggen. Er moest wat beweging in. Thuis zat hij nooit en was hij altijd in de weer. Ik liep een eindje met hem op en buiten het feit dat hij de benen strekte, strekte hij ook zijn ziel. Het hele relaas van zijn krachtsinspanning kwam boven. Hij dacht een jaar geleden een aantal omleidingen te hebben overwonnen en had gedacht zijn leven nieuw elan te kunnen geven. Aan het begin van dit jaar bleef hij te moe. De onderste steen kwam boven en daarmee ook een pittig vonnis. De longen waren aangedaan. Hij werd hierheen verwezen om de schade eventueel te beperken. Zo af en toe was het fijn om stoom af te kunnen blazen. ‘Als het goed is, weet ik vrijdag meer’, zei hij en ik zag de gelatenheid, die hem overvallen was.
Toen ik in het voorbijgaan nog even de kamer inkeek van de vrouw, zat dokter aan haar bed. De onheilstijding had haar werk gedaan. Buiten waaide het en plaatselijk huilden de bomen dikke tranen mee.
Invoelend mooi …
Hartelijke groet,
Hans Oud.
LikeLike
Leven kan zo/teveel pijn doen. We kunnen allen aan de beurt zijn….
Jouw luisterend oor betekent veel.
Samen met de bomen huil ik dikke tranen. In mijn naaste omgeving maak ik het van te dichtbij mee….
LikeGeliked door 1 persoon
Ach Lieve
Heel veel moed, kracht en sterkte❣️❣️❣️
LikeLike
Dan word ik toch weer even stil. Wat maak ik me toch ooit druk om futiliteiten. Indringend weer. Zo bijzonder hoe je me weet te raken.
LikeGeliked door 1 persoon
Dank je wel Mies
Het zijn roerende verhalen en zoveel helaas
LikeLike