Het avontuur van gisteren kreeg nog een klein staartje, want toen we op het terras aan de dis zaten, hoorden we plots getok, zo’n langgerekte en daarna kort gekloek. We keken in de richting van het prieel en op de utvar liepen twee kippen van de buurvrouw, de wit/zwarte en de bruine, met een air alsof ze wilden zeggen: ‘Ziezo, we hebben onze leefruimte eigenpotig vergroot en zie ons er maar eens af te krijgen’. Waar kwamen ze vandaan? Buurvrouw kwam er al aanlopen toen Lief haar wilde waarschuwen. Door tegen ze te babbelen leidde ze ze naar achter de varkensschuurtjes en daar konden ze met gemak over het hek naar hun eigen verblijf vliegen.

Een poosje later krabde opnieuw de wit/zwarte het denkbeeldige zand achter het prieeltje. Hij probeerde eerst om over de muur bij het terras te vliegen, maar dat bleek toch te hoog. Via de roosmarijnstruik, een potsierlijk gezicht, liet hij zich weer op de grond zakken en vond de weg tot achter de stalletjes. Een paar tellen later stond de bruine er ineens ook. Minder pienter dan de witte. Ze bleef dan ook een tikje opgewonden achter de struiken zitten. We hebben haar maar gelaten. Ze konden zelf terug. Prima toch. Best gezellig dat gekakel. We spraken af dat we alleen zouden ingrijpen als de buurvrouw er zelf zenuwachtig van werd.
De schrijfcursus bevalt heel goed. Het is niet zomaar iets. Als je ermee aan de slag gaat merk je dat je met regelmaat langs de contouren van het verleden wandelt en plotsklaps de diepte ingaat. Een voorbeeld:
7) Het verhaal van je nagelriemen
Mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa. Een getuigenis van mijn spijt en mijn schaamte. Lieve nagelriemen, nooit zijn jullie ook maar een piezeltje onder de aandacht geweest. Misschien wel omdat jullie zelf, zo onopvallend mogelijk, te werk gingen. Nooit liet een van jullie los, nooit heb ik hard op een van de vingers geslagen, met een hamer bijvoorbeeld, zodat het mooi blauw zou groeien onder jullie nagels, waarbij jullie witter zouden afsteken dan gewoonlijk en dus opvallender.
Nooit heb ik de nagels van mijn handen gelakt, waardoor ik meer aandacht aan jullie zou besteden. Dat hele gemanicuurde pad heb ik links laten liggen. Misschien wel omdat ik echte werkhanden had van jongsaf aan. Er viel vaak veel schoon te schrobben en te boenen na het zoveelste minder smakelijke werkje. Alles wat er aan secreten kon worden afgescheiden, heb ik in de vingers gehad, als er niet meer genoeg tijd was om handschoenen aan te trekken omdat er sprake was van een noodsituatie. Verder hebben die handen bedden verschoond, kussens opgeklopt, haren glad gestreken, wonden verzorgd, maar ook kinderneuzen afgeveegd, geaaid en getroost, verfkwasten opgepakt, potloden geslepen, of kippengrillen schoongepoetst, wc’s uitgesopt, kaas ingepakt, groenten afgewogen, patat gebakken, kippenvlees in zakken gestopt, baar geld geteld.
En altijd werden jullie daarna schoongeboend met nagelborsteltjes of bij gebrek aan beter met langer insoppen en afspoelen. Ook de tuinaarde uit de tuin, onder het straaltje regenwater uit de regenton, waar bovenop ook zo’n handig nagelborsteltje lag in de tuin van de buren, die aan de mijne grensde. Niet om jullie, lieve nagelriemen, maar eerder om de nagels zelf waar het vuil diep onder gekropen was.
Wel hebben we vroeger tijdens het tuinbonen doppen met de tuinboonschillen over de wratjes terzijde van jullie gewreven en daarvan hebben jullie absoluut wat meegekregen, want het was boenen geblazen, omdat we van die vervelende uitstulpsels af wilden. Niet dat het hielp, er kwamen er alleen maar meer vlak rondom jullie. Ik meen me te herinneren dat iemand, eerder mijn vader dan mijn moeder, gezegd zal hebben dat ik jullie terug moest duwen met de bolle kant van een theelepel of met zo’n handig apparaatje dat in zijn manicureset zat. Ik denk dat hij dat ook wel deed. Schone handen op het werk van een brigadier/wachtcommandant. Ik heb zo’n manicureset geprobeerd, maar joh, dat is niets voor mij. Ze verdwenen al snel in een of andere lade om nooit meer tevoorschijn te komen.
Aan de andere kant bloeien jullie zeer wel in die achteloosheid. Nu moet ik drie keer op blank hout onder de tafel kloppen, want jullie blijven je eenvoudige en bescheiden zelve. Onopvallend, maar geweldig. Of ik het nu heb over nagelriemen van de handen of de tenen. Daar ben ik jullie hoogst dankbaar voor, want denk niet dat ik niet gezien heb waar het toe kan leiden als jullie iets mankeren, of als er teveel aan jullie velletjes gebeten wordt. Een nachtmerrie uit het ziekenhuis. Nee. Dank op mijn blote knietjes, lieve nagelriemen, ga zo door.
Knap! Het schrijven zit je in het bloed!
LikeGeliked door 1 persoon
Ach, dat is lief van je. Dankjewel😘🍀
LikeGeliked door 1 persoon
Een goed uitgedokterd verhaal, je moet er maar opkomen.
LikeGeliked door 1 persoon
De ingang krijg je van de coach en dan volg je je hart( en de ervaring)
LikeGeliked door 1 persoon
knap van jou*
LikeGeliked door 1 persoon
Dankjewel 🍀
LikeLike