Overpeinzingen

Dappere overlevers

Niets moet natuurlijk. Zo is het leven. Het mag allemaal, maar er is toch iets dat ik aan iedereen zou willen doorgeven zonder een tip van de sluier op te lichten. Dat is lastig. De andere kant van de medaille is dat ik het verhaal woord voor woord zou willen vertellen. Niets overslaan. Omdat alles er toe doet. Iedere zin, iedere handeling heeft functie. Het geheel is de som der delen.

Het lijkt cryptisch maar wie ‘Krekel’ leest, het boek van Annet Schaap, zal na afloop, terwijl het verhaal in het hoofd verder gaat en de losse eindjes aan elkaar knoopt, precies hetzelfde ervaren. Vriendinlief zei: ‘Ik wil er nog niet aan beginnen, want ik wil niet dat het uit is.’ Het is precies zoals ze zegt. Zo graag had ik doorgelezen tot in lengte der dagen. Ik wil die wereld van mogelijkheden, van onvoorzien, van waar geluk, van schoonheid. Daar te zijn, hoe zaligmakend. Dat doet het boek.

Lezen dus, een hele grote aanrader. Een handreiking voor het leven als je er oog voor hebt, zo heb ik het ervaren.

Door het dankwoord kom ik erachter dat de auteur tevens auteur is bij het Saga-theater, bij uitstek het rijk der verbeelding. Daar waar sprookjes bewaarheid worden. De Groene heeft haar eens tien vragen gesteld, waarin ze aangeeft, dat ze van de Sprookjes van Grimm, Perrault en Andersen houdt, van Annie M. G. Schmidt en Tonke Dragt, van Paul Biegel en van het boek Momo en de Tijdspaarders van Michael van der Ende, van de boeken van Wim Hofman en het lijkt wel of ik mijn eigen voorkeurslijstje op aan het noemen ben.

Ik leg het weg, maar toch onder handbereik, om nog eens terug te lezen, sommige passages te herlezen en goed door te laten dringen.

Zuslief kwam me gistermiddag in de hitte ophalen. Met heen en weer appen hadden we besloten om naar het wegrestaurant te gaan aan de rand van de stad. Uitzicht over de paarden, een sloot, veel bomen, heerlijke beschutting dus en een verkoelend briesje dat af en toe langs zeilde. Het was fijn om ze weer te zien en om te kunnen bijkletsen. Niet teveel, want één zus ontbreekt en over een week of twee gaan we met z’n vieren een paar dagen naar de provincie Groningen, naar een natuurhuisje aan een meer.

Deze ontmoeting was een fijn voorproefje. Er stond een ronde tafel op ons te wachten met drie stoelen erom, precies zo’n plek als wat het wezen moest. We strijken neer en bestellen een lichte lunch en blijven kouten tot even na tweeën, de maanden zonder hen vallen er tussen uit. Alles landt op de juiste plek. Alsof ik niet weg geweest ben. Vriendschap en elkaar lang niet zien hoeft niets uit te maken in het contact als de basis ooit eenmaal gelegd is.

De nieuwe auto van zus is een stoere en rijdt heerlijk. Het is nog een beetje wennen aan alle nieuwe snufjes. Wat zit waar en hoe werkt die binnenboord-machine. Je kunt hem niet over het hoofd zien in zijn jas van vlammend rood en zwart. Flitsend door het leven. Zo zien we het graag.

Thuis op de bank is het goed te doen. Op tijd hebben we alles dicht gedaan. Door de rotan zie ik dat de twee pas aangeschafte salies op het balkon het erg moeilijk hebben, maar ik zal toch tot de avond wachten met water geven, want ze staan pal in de zon. Je zou ze geen stuiver meer geven, zo slap hangt het blad.

Nu, vanuit het slaapkamerraam, staan ze er weer fris bij. Dappere overlevers.

Een gedachte over “Dappere overlevers

Reacties zijn gesloten.