Overpeinzingen

Zo is het toch weer eigen

Al jaar en dag zijn er wissels in het hoge gras van het achterland. En toen Lief een tijd in Nederland was om een beetje van het isolement door corona te bekomen, ook veel in het lange gras van de Hof zelf. Bij terugkomst was er vrij rigoureus gemaaid door vriendlief. Op karakter want er was eigenlijk geen tijd door zijn drukke werkzaamheden, maar het bos achter de Datsja lag er ongerept en onaangeroerd bij met het gevolg dat we daar diverse legers van de reeën ontdekten.

Nu, bij het omwerken van dat weerbarstige stuk grond tot voedselbos, maait Lief zich banen door de vegetatie en plant bomen waar het kan. Wilde pruim en kersenboompjes genoeg, want die komen overal oppiepen onder de stamhouders. Er bleek ook nog een Catalpa en een tamme kastanje in de rand te staan en een paar redelijk grote walnotenbomen, die nu naarstig vrij zijn gemaakt van wilde roos, brandnetel en grassen. We hebben een paar vijgetakken in het water gezet, in de hoop dat ze wortel gaan schieten.

Gisteren zat Lief in de namiddag in zijn stoel en wat schetst zijn verbazing toen er ineens een ree over het brede pad tussen voor en achterbos kwam gelopen, dwars over het veld heen. De foto’s zijn niet heel scherp maar de ree, vermoedelijk een mannetje, was duidelijk te onderscheiden. Wij wisten het allang dat ze hier rondliepen, maar zelfs de nachtcamera van de filosoof had er geen ontdekt. Nu hebben we het bewijs en toen Lief vanmorgen vroeger dan vroeg naar achter trok, zag hij in het laatste bos er een aantal lopen.

Net even Agaath een wasbeurtje gegeven. Met de Franse slag, want het water is hier zo kalkrijk dat je, als je niet gelijk het water wegpoetst, weer opnieuw kan beginnen door de witte spetters. Toch maar eens die wasstraat opzoeken, maar niet op zaterdag lijkt me.

De lathyrus in de pot begint al aardig op te komen. We hebben er twee oude hekjes achter geplaatst en grappig is hoe ze halsreikend (of is het stengelreikend) naar die mogelijkheid gaan om te klimmen. Natuur regelt zichzelf over het algemeen. De twee pollen sieruien blijken achteraf kantige look te zijn. Die is een stuk kleiner dan haar zussen, maar het is wel een volle pol, die straks mooi in bloei zal staan. Wielewaal laat zich weer horen en de boerenzwaluwen dartelen boven mijn hoofd. Tortel staat parmantig op de uitkijk op de schoorsteen van de keuken. Ik zit in de schaduw van de grote vijg.

Vanmorgen vroeg al twee kaarten geregeld. Een voor de overleden oudste nicht in de familie, voor zover ik weet. Ze is maar liefst 97 geworden. Ik kwam haar nog weleens tegen in de stad en in het ziekenhuis waar ze ook vrijwilligerswerk deed. En een voor een jarige. Dat is wel handig hier, dat je de trage bezorging kan ontwijken door een kaartje online te sturen, die ik altijd met een eigen foto en tekst meer persoonlijk maak. Je kan geen ijzer met handen breken en versturen komt altijd te laat. Zo is het toch weer eigen.

2 gedachten over “Zo is het toch weer eigen

Reacties zijn gesloten.