Ineens vond ik mezelf terwijl ik het ietwat stoffige boekenkastje naast het bed aan het opruimen was. Stapeltje Zin tijdschriften, stapeltje Groene Amsterdammers, twee boeken met brieven van van Gogh, de biografie van Vasalis, een aantal Ateliers en de tao van Poeh, de dichtbundels van Menno Wigman en Henny Vrienten, om zo hier en daar eens door te kijken. Een mens verzamelt wat bij elkaar in korte tijd.

Ondertussen laat dochterlief de tips van hun Berlijnse visite en van haarzelf binnenstromen via de App. Van zoonlief krijg ik toch een iets grotere rugzak te leen en een powerbank. Of er in de trein mogelijkheden zijn om op te laden weet ik echt niet. Regeren is vooruitzien en zo zijn we zelfvoorzienend. Hoe laat we ongeveer aankomen wil het hotel weten. Ik schat in om een uur of vijf. Met al deze voorbereidingen sluipen er toch wat kriebels binnen, deels voor het grote onbekende en deels door het afscheid. De zon schijnt bemoedigend en sust het een en ander. ‘Alles sal reg kom.’
In een oude Zin vraagt Stef Bos zich af waarom we niet ruim baan maken voor mensen met passie in plaats van voor mensen met overtuigingen, denk aan politici, ze krijgen te veel ruimte en te veel aandacht. Ze schreeuwen ook het hardst. Richt je oren op het bescheiden gefluister om je heen. De waarom vraag van een kind, een leerkracht die haar pupillen op waarde schat, een bewonderaar van korstmossen, de vogelkenner in je buurt, de oude man die leunend op zijn schoffeltje de tuin bezingt. Hoor hoe de liefde waarmee ze aan het vertellen slaan rechtstreeks binnen komt. Ik denk dat we juist naar die passie, dat vuur verlangen en er over willen lezen en schrijven. Alles wat diep van binnen verguld is van dat wat we bewonderen is zó de moeite waard. Stef schrijft boven aan de column ‘Het sluimerende pessimisme heeft een tegengif nodig’,’ en zo voelt het ook. Laten we social media vullen met de kleine mooie dingen om ons heen, iets om massaal te delen.
Een mooie manier om schoonheid te omarmen zijn de programma’s van Close-up. De laatste aflevering die ik in de herhaling zag, was het leven en werk van kunstenaar He Duoling. Je ziet hem als hij bezig is om de boom of een struik in zijn tuin te tekenen, de zoveelste versie ervan. Een van zijn frèle vrouwfiguren staat er tegenover en kijkt peinzend en beschouwend omhoog. Het kan niet anders of onmiddellijk slaat het brein aan het fantaseren over wat ze daar ontwaart, gedachten vullen zich met haar vermeende gedachten. He Duoling schildert niet, hij danst over zijn doek. Zijn brede kwast beroert het canvas bijna lichtvoetig, helemaal als hij zijn waaierpenseel pakt om de laatste lichte toetsen te zetten.
De sfeer op het doek is mystiek en feeëriek, zijn vrouwen haast doorschijnend. Hij laat grote delen wit, iets wat hier in het Westen nauwelijks te doen gebruikelijk is. Het principe van het weglaten van de overbodige hoeveelheid, de franje, de wolligheid waarmee de kracht ontnomen wordt aan het beeld of het verhaal. Zijn manier van inleven, het verplaatsen in de schoonheid van de boom of van een bloem vertelt me veel van de bezinning waarmee hij in het leven staat. Bewust beleven. Om te koesteren.
Heerlijk!
LikeGeliked door 1 persoon
Geef het oor aan de fluisteraarsen niet aan de schreeuwers van deze tijd.
LikeGeliked door 1 persoon
Precies lieve Dorothe, zo is het ❤️
LikeGeliked door 1 persoon