Zo stralend het in de ochtend hier was, bleek het niet overal in het land te zijn. Op weg naar Eindhoven was het net of er nog een scherpere scheidslijn getrokken werd boven en onder de grote rivieren, maar nu letterlijk. Voor Zaltbommel was het een stralende zonnige winterdag en na de brug doken we een verstikkende deken van nevel in. Dat immense grijs bleef ons vergezellen tot we in de stad aankwamen, die we geen van beiden echt goed kenden. Ooit was ik er wel aan de periferie geweest. Of het nu kwam door het weer, door het zoeken naar een juiste parkeerplek, of door de wonderlijke mengeling van oud en nieuw, maar onze eerste indruk was dat het een troosteloze aanblik bood en, met een korte wandeling naar het restaurant waar we hadden afgesproken, werd die gedachte steeds meer bevestigd.

Op het terras van het restaurant was kennelijk een plaatselijke sportclub neergestreken die allen stevig aan het bier zaten. Het restaurant van twee verdiepingen met een open vide was ook vol. Maar onze lieve schatten hadden gelukkig een plaats weten te vinden en misschien had zoonlief wel gereserveerd. Lief ziet gemiddeld een paar keer per jaar de kinderen van zijn ex. en we hadden toevallig even daarvoor afgesproken dat we wat vaker ervaringen zouden uitwisselen, omdat we bijvoorbeeld niet goed wisten welke leeftijd de kleine pork had en waar hij aan toe was. Op de bonnefooi hadden we een een grote set stiften gekocht en een boek van de waanzinnige boomhut. Hij bleek pas vijf te zijn. Het boek was nog iets boven zijn petje. ‘Om voor te lezen,’ beloofde zijn vader, maar de stiften vond hij prachtig. Hij ordende zijn lievelingskleuren vooraan, blauw, bruin en oranje, met daarbij een uitgesproken voorkeur voor een bepaalde tint.
Het was een genoeglijk samenzijn met het uitwisselen van wederwaardigheden, kleine kwinkslagen van het porkje en het registreren van elkaars verjaardagen. De schone dochter kwam uit Brazilië en ze hadden daar een klein appartement gekocht vlak bij haar moeder, zodat ze die konden verhuren en minstens een keer per jaar er naar toe konden gaan, met eventueel de gedachte om er te gaan wonen als de tijd rijp was. Wat een mooie vooruitzichten. Helaas een vliegreis te ver voor ons, maar een mooie missie. Ze bleken 16 jaar getrouwd te zijn en zouden dat vieren met deze lunch en onze ontmoeting, daarna kwam opa de kleine halen en gingen zij door naar de sauna.
Kennelijk nemen Brabanders geen genoegen met een bescheiden portie eten, of het lag aan het concept waar het restaurant zich van bediende, maar de borden die werden opgediend, waren overvol. Gelukkig had ik op het laatst voor een soepje gekozen, want de bestelde Eggs Benedict voor zoonlief vielen tot over de rand van het grote bord heen en bij de andere borden was het al niet beter. Na de lunch wandelden we naar de hal van een winkelcentrum, waar opa al stond te wachten en een uitgebreide lectie gaf van zijn muntenverzameling terwijl de kleine met zijn moeder nog een cadeautje aan het uitzoeken waren.
We namen hartelijk afscheid en liepen weer in eigen tempo richting de parkeerplaats, ons opnieuw verbazend over de troosteloosheid van de stad. Iemand had met een grote hand een verzameling nieuwbouw hap-snap tussen de statige oude gebouwen geplempt. En een aantal van die oude gebouwen waren industriële vervallen percelen, waar hier en daar kennelijk al te rotte tanden tussen uit waren gefilterd. Gehavend, dat was het juiste woord, dachten wij. Twee mannen die flesjes aan het verzamelen waren uit prullebakken versterkte die gedachte. De weg terug leek sneller en we konden opgelucht adem halen toen we uit de dikke deken opnieuw naar de goede kant reden over de brug van Zaltbommel heen, de zon tegemoet.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.