Op het terras lagen wat keuteltjes, overduidelijk niet van een kat, want die ken ik maar al te goed en er zaten veel zaden in. De egel? Die kan nooit het terras op met haar trapje. Afgelopen dagen hadden we de klopgeesten, nou ja, in zeer afgezwakte vorm, op zolder gehoord. Een bonk hier, een schuifeltje daar. Lief ging na het vinden van de keuteltjes maar eens op onderzoek uit. Hij vond er twee en niet zoals vorige keer aardig wat van die verdroogde klontertjes. Een marter, schoot het door me heen. ‘Wie heeft er op mijn terras gepoept?’ In variatie op een thema. Google laat het zien in kleurrijke plaatjes. Aha, daar was de boef. een steenmartertje waarschijnlijk. Als we de afgebeten staart van de hagedis meerekenen wordt het een optelsom met een uitslag die wel eens heel kloppend zou kunnen zijn. Zeker als Lief vertelt dat hij een gebonk op het dak van het terras had gehoord die ochtend.

We voeren ons voornemen uit en gaan op pad om te wandelen op eigen terrein en door de velden erachter. Steeds weer werkt het aangezicht van de onmetelijke velden, de overvloed aan rust en ruimte, bevrijdend. Geen horden mensen maar alleen wij onder die blauwe lucht met niets anders dan Tiroler knoopkruid, vlasbekjes, wilde kardinaalmuts, hertsmunt en eindeloze kale omgeploegde velden om ons heen.
We liepen langs het kleine sportveld met aan een lange paal een houten emmertje, ooit gebruikt bij een speurtocht en al jaren blijven hangen en sloegen de weg in naar ‘Het communisten-kamp’ zoals Lief een grillige sobere nederzetting midden in het veld verderop noemde, met grote lampen, die er hoog boven uitsteken en soms branden ‘s nachts. Er heeft ooit een familie gewoond in het krakkemikkige gebouwtje met op het erf kippen en schapen. Nu stonden er achter een gammel hek drie dames schaap te wachten op aandacht. Op het bordje aan het hek stond dat het terrein bewaakt werd door camera’s. Verder viel er geen levend wezen te bekennen. Op de terugweg passeerden we weer de plastic fles waar vast en zeker landbouwgif in had gezeten. Als waarschuwing gebruikt? We hadden geen idee.
Het was goed lopen op de paden die bedekt waren met varkensgras. Ik dacht eerst dat het looptijm was, want daar heeft het veel van weg. Het laatste bos op ons land heeft Lief goed aangepakt. Er is nu een mooie open ruimte in. Ook zijn er bomen aan het groeien op het achterland waar de natuur haar gang mag gaan. Twee walnotenbomen en een kastanje. Een verdwaalde esdoorn en een wilde prunus die allemaal aardig omhoog schieten boven de Ambrosia-woekeraar uit. We wachten het rustig af.
Alles bij elkaar hadden we toch 2,5 kilometer gewandeld. Normaal niet veel, maar geloof me, voor mij een hele afstand. Het voelde goed en ik was er niet extreem moe van geworden.
We hebben vanmorgen vroeg al de boodschappen gedaan. Nu ligt de dag voor ons om een beetje te lummelen. Schrijven, paar lessen Hongaars doen, dagboek bij tekenen en schilderen, even naar de Datsja wandelen, en vast wat mooie, niet te missen bezienswaardigheden opzoeken in de oude boekjes over Budapest, die in de bibliotheek staan.
Dochterlief belde. Ze was met de jongste kleinzoon naar een voorstelling gegaan van Podium Sprits, waarbij hij eerst even een beetje moest huilen omdat zijn vader en moeder afscheid namen, maar op schoot bij tante was het veilig toeven en er viel veel te zien. Zoonlief komt zaterdag weer thuis en wordt opgehaald door zijn lieve vriendin met mijn oudste zoon als chauffeur. Hij heeft het allemaal heerlijk gehad, als ik de berichten mag geloven.
Het is 17 graden en bewolkt. De Fluweelboom kleurt prachtig oranje, rood en bruin. Langzaam begint al het andere groen ook te verkleuren. De truien zijn weer te voorschijn gehaald. Het wordt tijd voor thee slempen en mijn sjaal afbreien, voordat het echt koud wordt. Zo kabbelen we de herfst in.
wow!! 27Maar vanavond gaan de voeten omhoog
LikeLike