De vraag van de dag is: Wat is je favoriete recept. Het brengt me terug bij mijn reis van 80 dagen om de wereld, een leven in receptuur en kunst. Vegetarische gerechten uit het land dat door mijn vinger blind geprikt werd op de landkaart. Ik zocht een kunstenaar uit het gebied, een vegetarisch gerecht, zo authentiek mogelijk, en maakte dat zo goed als ik kon na. Daarnaast las ik wat wederwaardigheden van het land zelf. Het was geheel willekeurig en het was ten tijde van corona. De muren hielden mij vast maar mijn geest brak los en vloog de wereld over, kriskras. Het was een rijkdom aan ervaringen.
Mijn favoriete recept is er niet één, maar telt voornamelijk werelddelen. Het Oosten en het Midden Oosten zijn erg geliefd. Ik hou van uitgebalanceerde gekruide gerechten, die qua smaak, vooral het umami, nog altijd door mij te proeven zijn. Verder hou ik vooral van bepaalde groenten en vruchten. Aubergine en courgette hebben verreweg de voorkeur. Uien en knoflook zijn ruim vertegenwoordigd als ik aan koken toe kom.

Nu ik twee maanden alleen ben, merk ik dat ik slordig ben met het voor mezelf zorgen. Een broodje is ook goed, denk ik dan. Gelukkig zijn er tussen die dagen nog ontmoetingen met anderen en dan met regelmaat in een restaurant. Het voordeel van samenzijn is de zorgfactor die er deel vanuit maakt. Zorg je voor de ander, dan zorg je ook goed voor jezelf.
Een ander gegeven is ‘Eten wat het land je schenkt’. Streekproducten en wat er bijvoorbeeld op de markt te krijgen is. We gingen al in 1968 naar Spanje met ons hele gezin. De auto, waar mijn vader lang aan had gesleuteld, werd volgestouwd met dat wat men in ons land gewoon was te eten. Onder het motto: Wat de boer niet kent, eet hij niet. Dus aardappelen, zure bommen, hagelslag, blikken bonen en doperwten en blikken kampeerboter. Pas toen we enigszins gewend waren aan dat warme Spanje en stokbrood ontdekten en churros, een jaar later dat ze ook friet met gegrilde kip hadden, kon er het een en ander van de bagage af. Ook het kindertal dat meeging werd minder. Mijn oudste broers gingen zelf op vakantie. Olijven, paprika en olijfolie heb ik pas later leren kennen, op de trektochten met Lief.
Pa zat onder de boom en wij liepen met mijn moeder hele boulevards af of een eind langs de zee. We hadden het niet rijk, maar we waren eindeloos rijk aan ervaringen, dankzij die reislustige pa, die zo graag auto reed en mijn wandelende moeder met een open blik voor al het nieuwe dat op haar pad kwam. Het was heel wat waard.
Over een week, zo heb ik me voorgenomen, ga ik een tijdje met de streekproducten van de Baranya in de weer. Dat is gelijk een leuke uitdaging. Daarbij wil ik de authentieke recepten zoveel mogelijk om buigen tot vegetarische gerechten. Een plaatselijke kunstenaar erbij zoeken en bij elkaar opnieuw een bron van inspiratie.
Vanmiddag ga ik met de dochters naar de Pasar Malam. Schone dochter, kleindochter en misschien zelf al de kleine njong lopen mee in de modeshow. Zoonlief komt ook na het voetballen. Ooit gingen lief en ik in de jaren ‘70 naar de Pasar Malam Besar aan het Malieveld in Den Haag. Tussen de kraampjes van vandaag zal ook een zweem van nostalgie zweven, de geuren van sate gambing, tjampoer, stroop soesoe, perkedel. Lekkernijen uit een grijs verleden weer tot leven gewekt en Lief in gedachten erbij.
De zon schijnt, niet heel uitbundig maar vrolijk, precies goed genoeg voor een middagje in de buitenlucht. Het belooft een mooie dag.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.