Overpeinzingen

Schoonheid binnen bereik

Er komt me een recensie van Ted van Lieshout onder ogen en daarop blijf ik hangen. Het brengt zoveel mooie zinnen, het zijn citaten uit zijn nieuwste gedichtenbundel ‘Ommouw me’. Daarna ga ik op zoek naar het boek en nog meer recensies. Ted van Lieshout kent prachtige taal, dat heeft hij meer dan eens laten zien. De titel doet al vermoeden dat het over kleding gaat. Gedichten over kleding, door kleding moet ik eigenlijk zeggen. Hij personifieert ze, dicht ze extra betekenis toe. Het is de kleding van hemzelf, lelijke die je nooit aan wilde of juist mooie waar je spijtig genoeg uitgegroeid bent, één gebreide sok, omdat oma door haar reuma nooit meer toegekomen is aan de tweede, de kleren van zijn overleden broer van jaren her, die van zijn dode vader. Allemaal hengelen ze ernaar om leven ingeblazen te worden of om weer aan levende lijven te worden gedragen. Weemoed klinkt er door, een diep verlangen. Hij heeft het boek zelf prachtig vormgegeven. Zoals we gewend zijn van Ted van Lieshout, die van mening is dat elk boek een kunstobject in taal en beeld zou moeten zijn in achtneming van het materiaal. Een bezielde uiting en dat raakt. Het boek is besteld. Want hoe kan je zoiets nou laten lopen.

Zwarte jasje en de vleermuizenbroek

Het geeft gehoor aan mijn eigen gewoonte, om kleding, vooral de lievelingen, te bewaren en te koesteren. De wikkelrokken uit de jaren ‘70, dat ene zwarte fluwelen jasje, die ene goudkleurige ook en dan dat zwarte Crêpe de Chine jasje dat meeging naar Washington en New York, mijn kekke leren zwarte minirok met de paarse top, aandenken aan de vele optredens met de band, mijn zouavenbroek, waarin de snelste Bulgaarse danspassen moeiteloos konden worden uitgevoerd, de mooie brede riem om de wespentaille van weleer te accentueren, die fluwelen alpino, mijn lieveling uit diezelfde jaren ‘70, mijn vleermuizenbroek uit de jaren ‘80

Hoe prachtig van een dichter om ze tot leven te wekken, er een ziel in te laten sluimeren, die mijmert en hoopt op ooit weer. Een wikkelrok ligt hier, de andere twee gaf ik dochterlief. Een heeft ze bewaard en ook aangetrokken. De andere mochten verwerkt worden tot een lange slinger van vrolijke feestvlaggen, een memorabel aandenken. Sommigen lijsten de kledingstukken in. Het eerste setje van baby bijvoorbeeld. Ook dat had ik allemaal bewaard, maar eigenlijk bleek dat alleen voor mezelf te zijn. Van de vader van de kinderen werd een paars geblokte trui bewaard en een zogenaamde manchester werkmansjas. Daar kon je hem in uittekenen. Toch hebben ze het niet overleefd, of misschien zwerven ze nog ergens bij de kinderen rond.

Gedichten zijn bij uitstek geschikt om te herdenken, maar bewaarde kleding ook. Om je neus erin weg te duwen als het gemis te hevig wordt, om een herinnering levend te houden bij het zien van een lievelingstrui, om dicht tegen je aan te houden. Een en een is twee heeft van Lieshout vast gedacht. Niet alleen wij missen de doden, of het jongetje of meisje dat je ooit was, de grote broer of juist de kleine zus. De gedragen kleding mist ons ook. Twee armen in de mouwen, een warm kloppend hart onder een borstrok, twee knieën in een versleten broek.

Hij schreef het op en liet vooral de weemoed spreken. Met inzicht, met verlangen, met humor, met zijn hele gemoed. Wat een geluk. Schoonheid binnen bereik.

2 gedachten over “Schoonheid binnen bereik

  1. Kleding….ja…..ik draag nog steeds twee truitjes van mijn moeder die 13 jaar geleden stilletjes naar die andere wereld verhuisde. En zo’n lange wikkelrok uit mijn hippietijd kan ik maar niet weg geven, ze hangt hier tijdloos.

    Geliked door 1 persoon

    1. Ik heb van mijn moeder twee witte bloesjes uit de jaren “50 bewaard, de wikkelrok heb ik hier zelfs nog wel eens aan😍😘

      Like

Reacties zijn gesloten.