‘I want to be unfeathered’meende ik Paul Beatty gisteren te horen zeggen tegen Adriaan van Dis in een uitzending van de wereld draait door en ik vroeg me af wat het zou betekenen. Verenloos, kaal, blanco maakte ik ervan en was zo druk met zoeken, dat ik vergat naar de context te luisteren. Het woord had vleugels gekregen en zweefde boven het gesprek uit. Woorden die pakken, die wat beroeren en losmaken. Als die ontvankelijkheid er is, dan zijn er telbare.

Adriaan van Dis terug op televisie, een podium bij de wereld draait door voor deze meester van het interview, rustig, scherp, belezen en met een excellente keuze aan onderwerpen. Met stijgende vreugde heb ik naar deze drie grootheden van de literatuur gekeken. Jaap Robben kende ik niet. Hoe is het mogelijk, dat hij langszij is geglipt, terwijl zijn ideeën over de benadering van kinderen zo waar zijn en in mijn lijn liggen.
Kinderen zijn niet anders dan mensen, dus benader je ze gewoon. Je kan niet alles aanhalen, want sommige onderwerpen zeggen kinderen nog niets, maar verder kan je met hen over alles in gesprek gaan. Kinderen hebben het haarfijn in de gaten als je ze infantiliseert. Hij legde precies de vinger op de zere plek. Dat maakt dat kinderen je geloofwaardig vinden of niet. ‘Birk’ is de eerste roman van Robben, maar hij schreef ook prachtige gedichten. Met woorden die alleen maar uitstijgen boven het grauw. Alleen de titel al van de dichtbundel:’S nachts verdwijnt de wereld’. Alle reden om te weten waarom. Kom binnen en ontdek het.
Of de boeiende vertellende Hilary Mantel, die ieder karakter uit haar boek een stoel aanbiedt in haar hoofd. Alleen bij de duivel zorgt ze ervoor dat die met een lange lepel bediend wordt naar het Engelse gezegde: ‘He who sups with the devil should have a long spoon’. Het is een gave om zo dichtbij te kunnen komen. Haar historische romans zijn tijdloos en zeer de moeite waard. Reis mee in haar teletijdmachine.
Wat een geluk dat ik er middenin viel. Ik kijk niet altijd naar de wereld draait door, omdat het me vaak te snel gaat en te oppervlakkig is, te twitterend haast. Dit zijn eilandjes van ongekende rust en bezinning. Ik verlang weer terug naar the good old days, waar hij met regelmaat op de televisie te zien was.
VPRO boeken is ook zo’n heerlijk programma, maar helaas op de zondagmorgen. Waarom is dat er niet als de hectiek van de dag is gaan liggen en er tijd is voor bezinning. Literatuur vraagt een moment om erop te kunnen kauwen. Je moet er bij stil kunnen staan. De ochtend is op dit moment nog van een totaal andere dynamiek. Het is niet eerlijk, dat goede televisie van kijkcijfers afhankelijk is en al naar gelang geplaatst wordt op prime time of niet.
Tegen het gesprek van van Dis met Beatty heb ik aangeleund, zo intrigerend vond ik Beatty’s antwoorden, net als de vragen die van Dis stelde.Op het scherp van de snede. De schrijver vergat een van zijn eigen citaten en schoot in de verdediging. ‘Ik schrijf het op, ik bedenk het.’ Soms overkomt het je in de roes van het schrijven, zo voelde het tenminste. Hij zei het niet. Net als Mantel die haar karakters bezit van haar laat nemen door ze uit te nodigen in haar hoofd. Het verhaal of het karakter neemt de werkelijkheid over en slokt de wereld op. ’s nachts verdwijnt de wereld, maar verschijnt er een andere. De wereld van de gedachte, unfeathered, groot en soms meedogenloos, rijk en fantasievol en waard om beschreven te worden.